Commissie: Complementaire en Alternatieve Gezondheidszorg
Categorie: -
Jaartal: 2025
Soort uitspraak: bindend advies
Uitkomst: onbevoegd
Referentiecode:
799536/1069246
De uitspraak:
Waar gaat de uitspraak over?
De cliënt diende een klacht in over de jeugdzorg die aan zijn dochter werd verleend door zorgaanbieder KindVerbindt, met betrokkenheid van hemzelf en zijn ex-partner. Hij stelt dat de behandeling vanaf het begin onzorgvuldig en rommelig verliep en dat onvoldoende rekening werd gehouden met de gezinssituatie. Een belangrijk punt van kritiek is dat de zorgaanbieder een melding bij Veilig Thuis deed zonder dat de cliënt hiervan tijdig op de hoogte werd gesteld. Daarnaast klaagt hij over het achterhouden van informatie door zowel de zorgaanbieder als de gemeente Heusden. Hij vordert volledige inzage in zijn dossier, erkenning van verantwoordelijkheid, een onafhankelijk onderzoek, en schadevergoeding voor materiële en immateriële schade. De zorgaanbieder stelt dat de zorg zorgvuldig is verleend en wijst op de verantwoordelijkheid van de gemeente als opdrachtgever. De voorzitter van de Geschillencommissie moest beoordelen of de commissie bevoegd is dit geschil te behandelen. Omdat de zorg is geleverd op basis van de Jeugdwet (en niet onder de Wkkgz valt), en de Jeugdwet een eigen klachtenkader kent, oordeelt de voorzitter dat de commissie niet bevoegd is. Het feit dat de zorgaanbieder wel is aangesloten bij de commissie verandert dit niet. De klacht kan daarom niet inhoudelijk worden beoordeeld door de commissie.
De uitspraak
in het geschil tussen
[naam], wonende te [plaats] (hierna te noemen: de cliënt)en
KindVerbindt, gevestigd te Drunen
(hierna te noemen: de zorgaanbieder).
Behandeling van het geschil
Uit de stukken blijkt dat eerst dient te worden vastgesteld of de commissie bevoegd is het geschil te behandelen.
De voorzitter Geschillencommissie Complementaire Gezondheidszorg (verder te noemen: de voorzitter) heeft kennisgenomen van de overgelegde stukken.
De behandeling heeft plaatsgevonden op 19 mei 2025 te Den Haag.
Partijen zijn niet voor de zitting opgeroepen.
Onderwerp van het geschil
Het geschil betreft aan de cliënt en zijn dochter verleende jeugdzorg.
Standpunt van de cliënt
Voor het standpunt van de cliënt verwijst de commissie naar de overgelegde stukken. In de kern komt dat op het volgende neer.
De cliënt klaagt over de zorgverlening aan zijn dochter, waarbij de cliënt en zijn ex-partner ook betrokken zijn. Vanaf de eerste afspraak is het behandelcontact onzorgvuldig en rommelig verlopen, waarbij de zorgaanbieder onvoldoende rekening heeft gehouden met de mogelijke uitwerking van de therapie en de gezinssituatie. Ook klaagt de cliënt over de melding bij Veilig Thuis die door de zorgaanbieder is gedaan, waarvan de cliënt pas veel later op de hoogte is gesteld.
Verder klaagt de cliënt over het achterhouden van informatie door zowel de zorgaanbieder als de gemeente Heusden.
De cliënt vordert volledige inzage in zijn dossier bij de zorgaanbieder, het nemen van verantwoordelijkheid door de zorgaanbieder voor de ontstane situatie, een onderzoek naar het handelen van de zorgaanbieder en de gemeente en een schadevergoeding van de materiële en immateriële schade die de cliënt heeft geleden.
Standpunt van de zorgaanbieder
Voor het standpunt van de zorgaanbieder verwijst de commissie naar de overgelegde stukken. In de kern komt dat op het volgende neer.
De behandeling is zorgvuldig uitgevoerd. Verder is de gemeente Heusden als opdrachtgever verantwoordelijk voor de bekostiging van de jeugdhulpverlening. De cliënt dient zijn verzoek tot schadevergoeding dan ook bij de gemeente Heusden in te dienen.
Beoordeling van het geschil
Bij de voorzitter ligt de vraag voor of zij dit geschil inhoudelijk kan behandelen.
Toetsingskader
Ingevolge artikel 19 lid 1 van de Wkkgz heeft de commissie tot taak geschillen over gedragingen van een zorgaanbieder jegens een cliënt in het kader van de zorgverlening te beslechten.
De Wkkgz definieert ‘zorg’ als Wlz-zorg, Zvw-zorg en andere zorg. Onder ‘andere zorg’ vallen handelingen op het gebied van de individuele gezondheidszorg als bedoeld in artikel 1 van de Wet op de beroepen in de individuele gezondheidszorg (wet BIG), niet zijnde Wlz-zorg of Zvw-zorg, alsmede handelingen met een ander doel dan het bevorderen of bewaken van de gezondheid van de cliënt. Met het laatste wordt onder meer gedoeld op alternatieve en cosmetische zorg.
De Jeugdwet valt niet onder de reikwijdte van de Wkkgz, nu de gemeenten eindverantwoordelijk zijn voor de te leveren zorg en het beschikbaar stellen van jeugdhulp.
Centraal staat de vraag of sprake is van een geschil in de zin van de Wkkgz.
Is sprake van een Wkkgz-geschil?
Uit de overgelegde stukken is de voorzitter gebleken dat voor de dochter van de cliënt – na verwijzing via de huisarts – door de gemeente Heusden een beschikking in het kader van de Jeugdwet is afgegeven.
Nu de Jeugdwet ten grondslag ligt aan de verleende zorg, is niet de Wkkgz maar de Jeugdwet van toepassing. De Jeugdwet kent een eigen klachtenkader. De commissie is dan ook niet bevoegd het geschil te behandelen.
Dat de zorgaanbieder wel bij de commissie is aangesloten en de cliënt voor behandeling van zijn geschil naar de commissie heeft verwezen, maakt dit niet anders. Het is aan de commissie zelf om per geschil te beoordelen welk wettelijk kader van toepassing is.
Op grond van het voorgaande acht de voorzitter de commissie onbevoegd het geschil te behandelen.
Derhalve wordt als volgt beslist.
Beslissing
De voorzitter verklaart de commissie onbevoegd het geschil te behandelen.
Aldus beslist door de voorzitter van de Geschillencommissie Complementaire Gezondheidszorg, mevrouw mr. A.D.R.M. Boumans, in aanwezigheid van mevrouw mr. S.M.E. Balfoort, secretaris, op 19 mei 2025.