Commissie: Geestelijke Gezondheidszorg
Categorie: zorgverlening
Jaartal: 2024
Soort uitspraak: bindend advies
Uitkomst: ongegrond
Referentiecode:
250545/374268
De uitspraak:
Waar gaat de uitspraak over?
Volgens klager is hij in september 2008 door een psychiater van de zorgaanbieder gediagnosticeerd met autisme. In 2017 is klager geëmigreerd naar Frankrijk. De in Nederland gestelde diagnose wordt in Frankrijk niet zonder meer erkend. Klager heeft daarvoor een Franse vertaling van de oorspronkelijke diagnose nodig. Klager verwijt de zorgaanbieder een oncoöperatieve houding. De commissie verklaart klager ontvankelijk in zijn klacht en verklaart de klacht ongegrond. De zorgaanbieder heeft klager zijn volledige medisch dossier toegestuurd. Hoewel hiertoe niet gehouden heeft de zorgaanbieder aan klager een Franse vertaling van een relevante passage uit een brief aan zijn huisarts toegestuurd. Voorts heeft de psychiater van de zorgaanbieder een Engelse verklaring van de diagnose van klager en de daartoe gebruikte onderzoeksmethoden aan hem verstrekt. De zorgaanbieder heeft dan ook aan zijn zorgplicht en informatieplicht ten opzichte van klager voldaan.
De uitspraak
In het geschil tussen
de heer [naam], wonende te [plaatsnaam] (Frankrijk)
(hierna te noemen: de cliënt)
en
GGZ Friesland, gevestigd te Leeuwarden
(hierna te noemen: de zorgaanbieder).
Samenvatting
Volgens klager is hij in september 2008 door een psychiater van de zorgaanbieder gediagnosticeerd met autisme. In 2017 is klager geëmigreerd naar Frankrijk. De in Nederland gestelde diagnose wordt in Frankrijk niet zonder meer erkend. Klager heeft daarvoor een Franse vertaling van de oorspronkelijke diagnose nodig. Klager verwijt de zorgaanbieder een oncoöperatieve houding. De commissie verklaart klager ontvankelijk in zijn klacht en verklaart de klacht ongegrond. De zorgaanbieder heeft klager zijn volledige medisch dossier toegestuurd. Hoewel hiertoe niet gehouden heeft de zorgaanbieder aan klager een Franse vertaling van een relevante passage uit een brief aan zijn huisarts toegestuurd. Voorts heeft de psychiater van de zorgaanbieder een Engelse verklaring van de diagnose van klager en de daartoe gebruikte onderzoeksmethoden aan hem verstrekt. De zorgaanbieder heeft dan ook aan zijn zorgplicht en informatieplicht ten opzichte van klager voldaan.
Behandeling van het geschil
Partijen zijn overeengekomen dit geschil bij bindend advies door de Geschillencommissie Geestelijke Gezondheidszorg (verder te noemen: de commissie) te laten beslechten.
De cliënt heeft de klacht voorgelegd aan de zorgaanbieder. De commissie heeft kennisgenomen van de overgelegde stukken.
Partijen zijn niet voor de zitting opgeroepen.
De behandeling heeft plaatsgevonden op 24 juni 2024 te Utrecht.
De commissie heeft het volgende overwogen.
Beoordeling
Klacht van klager
In september 2008 is klager door een psychiater van de zorgaanbieder gediagnosticeerd met autisme. In 2017 is klager geëmigreerd naar Frankrijk. Een in het buitenland gestelde diagnose wordt in Frankrijk niet zonder meer erkend. Klager heeft daarvoor een Franse vertaling van de oorspronkelijke diagnose nodig evenals een toelichting over de gehanteerde methoden en testen die tot de diagnose hebben geleid. Op 14 november 2023 heeft klager de zorgaanbieder verzocht om informatieverstrekking uit zijn dossier. De zorgaanbieder is echter niet of onvoldoende bereid gebleken om aan het verzoek van klager te voldoen. Klager heeft zich dan ook genoodzaakt gezien zijn klacht voor te leggen aan de commissie. Door de oncoöperatieve houding van de zorgaanbieder heeft klager schade geleden. Aanvankelijk heeft hij hiervoor een schadevergoeding van €15.000,– van de zorgaanbieder gevorderd. Omwille van een spoedige afhandeling van de zaak heeft klager besloten om van zijn geldvordering af te zien.
Standpunt zorgaanbieder
Vooraf stelt de zorgaanbieder dat klager niet de gehele klachtenprocedure van de zorgaanbieder heeft doorlopen om welke reden hij zijn klacht niet voor kan leggen aan de commissie. Inhoudelijk merkt de zorgaanbieder op dat de psychiater van de zorgaanbieder op 23 september 2008 een brief heeft gestuurd aan de huisarts naar aanleiding van een vraag om diagnostiek in het kader van autismeproblematiek bij klager. Uit de conclusie van deze brief volgt dat er kenmerken zijn die in de richting wijzen van PDD-NOS. Op 14 november 2023 heeft klager de zorgaanbieder verzocht hem een Franse vertaling van de oorspronkelijke diagnose met een toelichting te verstrekken. De zorgaanbieder heeft klager te kennen gegeven dat in de brief van 2008 is vermeld dat er kenmerken waren van PDD-NOS maar de diagnose niet als zodanig is gesteld. Om die reden kon de zorgaanbieder de diagnose niet bevestigen. Om klager tegemoet te komen werd op 27 november 2023 alsnog een Franse vertaling van de conclusie van de brief van 23 september 2008 aan klager toegestuurd. Voorts werd aan klager zijn volledige medisch dossier toegestuurd zodat hij, indien gewenst, delen daarvan kan laten vertalen. Klager heeft de zorgaanbieder laten weten dat hij liever zou zien dat de zorgaanbieder de vertaling op zich neemt. De psychiater van de zorgaanbieder is de Franse taal onvoldoende machtig maar heeft, hoewel daartoe niet gehouden, om klager ter wille te zijn, op 30 mei 2024 een in het Engels opgestelde brief met diagnose en toelichting aan klager gestuurd. De zorgaanbieder is hiermee verder gegaan dan waartoe hij wettelijk verplicht en gehouden is. De zorgaanbieder heeft meerdere malen contact opgenomen met klager om te trachten met klager tot een oplossing voor het geschil te komen. Dit is helaas niet gelukt.
Oordeel commissie
Ontvankelijkheid
De zorgaanbieder heeft zich op het standpunt gesteld dat klager niet ontvangen kan worden in zijn klacht omdat hij niet eerst de gehele interne klachtenprocedure heeft doorlopen. Vaststaat dat klager zijn klacht eerst heeft voorgelegd aan de klachtenfunctionaris van de zorgaanbieder. Klager heeft daarop op 6 december 2023 een inhoudelijke reactie van de klachtenfunctionaris ontvangen. Op 5 maart 2024 heeft een psychiater van de zorgaanbieder contact gezocht met klager waarna klager weer heeft gereageerd. Vervolgens hebben nog vele contacten tussen partijen plaatsgevonden. Hoewel het op de weg van de zorgaanbieder had gelegen om klager tijdens die contacten te wijzen op de interne klachtenprocedure en de daarin te doorlopen stappen, is dat niet eenduidig gebeurd. Het gaat niet aan om klager dan vervolgens tegen te werpen dat hij niet de formele klachtprocedure geheel heeft doorlopen. De commissie verklaart klager dan ook ontvankelijk in zijn klacht.
Inhoudelijk
Een cliënt heeft recht op inzage in of een afschrift van zijn medisch dossier. De zorgaanbieder heeft klager zijn volledige medisch dossier toegestuurd. Daarmee heeft de zorgaanbieder aan zijn zorgplicht en informatieplicht ten opzichte van klager voldaan. Uit het dossier kan de commissie niet opmaken of klager het volledige dossier of slechts aanvullende delen daarvan op zijn adres in Frankijk heeft ontvangen. De commissie vertrouwt erop dat de zorgaanbieder het volledige dossier zo nodig nogmaals aan klager zal toesturen. Hoewel hiertoe niet gehouden heeft de zorgaanbieder, op klagers verzoek, op 27 november 2023 bovendien een Franse vertaling van de in september 2008 genoteerde conclusie: “Er zijn kenmerken die wijzen in de richting van PDD-NOS, er zijn namelijk problemen in zowel sociale interactie als in de communicatie, minder in de rigiditeit” verstrekt. Voorts heeft een psychiater van de zorgaanbieder op 30 mei 2024 een Engelse verklaring van de diagnose van klager en de gebruikte onderzoeksmethoden aan klager toegestuurd. Klager heeft te kennen gegeven dat de door de zorgaanbieder verstrekte informatie onvoldoende is om in Frankrijk een erkenning van de diagnose ‘autisme’ te verkrijgen. Dit verwijt kan echter niet aan de zorgaanbieder worden tegengeworpen
Op grond van het voorgaande is de commissie van oordeel dat de klacht ongegrond is.
Derhalve wordt als volgt beslist.
Beslissing
De commissie:
– verklaart klager ontvankelijk in zijn klacht;
– verklaart de klacht ongegrond;
– wijst het verzoek tot het toekennen van schadevergoeding af.
Het door de cliënt verlangde wordt afgewezen.
Aldus beslist door de Geschillencommissie Geestelijke Gezondheidszorg, bestaande uit mevrouw mr. dr. E. Venekatte, voorzitter, de heer drs. T. Knap, de heer mr. R.P. Gerzon, leden, in aanwezigheid van mevrouw mr. J.C. Quint, secretaris, op 24 juni 2024.