Niet-ontvankelijk: geen redelijk belang bij uitspraak

De Geschillencommissie Zorg




Commissie: Ziekenhuizen    Categorie: -    Jaartal: 2024
Soort uitspraak: niet-ontvankelijkverkaring   Uitkomst: niet-ontvankelijk   Referentiecode: 598830/641994

De uitspraak:

Waar gaat de uitspraak over?

De cliënt heeft een klacht ingediend tegen de zorgaanbieder. De interne klachtprocedure van de zorgaanbieder is door de cliënt doorlopen en de klachtencommissie heeft de twee klachtonderdelen die de cliënt had ingediend gegrond verklaard. De commissie verklaart de cliënt niet-ontvankelijk in de klacht nu de cliënt geen redelijk belang heeft bij een uitspraak van de commissie.

De uitspraak

Beoordeling
De cliënt heeft een klacht ingediend tegen de zorgaanbieder in verband met het handelen van een bij de zorgaanbieder werkzame cardioloog. Desbetreffende cardioloog zou geen adequate zorg hebben verleend en de cliënt niet respectvol hebben benaderd tijdens telefonische consulten. De cliënt vraagt de commissie wat zij in dit geschil kan betekenen en voert aan dat hij het van belang vindt dat dit geschil onder de aandacht van de commissie komt.

Namens de zorgaanbieder is aangevoerd dat de klacht die de cliënt heeft ingediend bij de interne klachtencommissie naar tevredenheid is opgelost. De klachtonderdelen die de cliënt had ingediend zijn gegrond verklaard en de cliënt heeft de klachtencommissie bedankt voor de uitspraak. De zorgaanbieder verzoekt de commissie de klacht niet in behandeling te nemen dan wel de cliënt niet te ontvangen in de klacht.

De commissie stelt vast dat de klachtencommissie van de zorgaanbieder de twee klachtonderdelen die de cliënt had ingediend in de uitspraak van 28 maart 2024 gegrond heeft verklaard. De cliënt heeft vervolgens op 2 september 2024 een klacht ingediend bij de Geschillencommissie om dit geschil onder de aandacht te brengen en de vraag neergelegd of de commissie iets in dit geschil kan betekenen. In een aanvulling van 10 september 2024 heeft de cliënt enkele vragen voorgelegd aan de commissie met de strekking of hij in goede handen zou zijn bij de zorgaanbieder indien hij ervoor zou kiezen daar een behandeling te ondergaan. De commissie zou kunnen bemiddelen en een uitspraak kunnen doen ter geruststelling van de cliënt.

Het is de commissie niet duidelijk geworden welk redelijk belang er gediend wordt bij een inhoudelijke behandeling van het geschil en bij een uitspraak van de commissie. De commissie oordeelt uitsluitend over concrete klachten van cliënten en zal geen uitspraken doen over zorgaanbieders in algemene zin. Evenmin is het de bedoeling van een uitspraak van de commissie om een onder behandeling van een bepaalde zorgaanbieder staande patiënt gerust te stellen. Op grond van artikel 5 lid 1 sub f verklaart de commissie de cliënt niet-ontvankelijk in zijn klacht, nu de cliënt geen redelijk belang heeft bij een uitspraak van de commissie.

Op grond van het voorgaande is de cliënt niet-ontvankelijk in de klacht.

Derhalve wordt als volgt beslist.

Beslissing
De commissie verklaart de cliënt niet-ontvankelijk in zijn klacht.

Aldus beslist door de Geschillencommissie Ziekenhuizen, bestaande uit mevrouw mr. A.D.R.M. Boumans, voorzitter, de heer prof. dr. J.W. Deckers , de heer mr. P.O.H. Gevaerts , leden, in aanwezigheid van de heer mr. N. van Gelder, secretaris, op 2 december 2024.