Commissie: Zelfstandige Klinieken
Categorie: schadevergoeding/ zorgverlening
Jaartal: 2024
Soort uitspraak: bindend advies
Uitkomst: ongegrond
Referentiecode:
228469/247919
De uitspraak:
Waar gaat de uitspraak over?
De Geschillencommissie Zelfstandige Klinieken (hierna: de commissie) is van oordeel dat er geen sprake is van een tekortkoming in de nakoming van de uitvoering van de behandelingsovereenkomst. Uit het overgelegde medische dossier van de cliënte en de decursus volgt dat de plastisch chirurg de twee operaties conform de door partijen gemaakte afspraken heeft verricht en dat hij daarbij aan zijn inspanningsverplichting heeft voldaan. De zorgaanbieder heeft de zorgen van de cliënte serieus genomen door herhaaldelijk de vragen van de cliënte te beantwoorden en meer dan gebruikelijk postoperatieve controleconsulten aan te bieden. Gelet hierop is de commissie van oordeel dat de zorgaanbieder bij de operaties van de cliënte de zorg heeft betracht die een redelijk bekwaam en redelijk handelend hulpverlener in dezelfde omstandigheden zou hebben betracht.
De uitspraak
In het geschil tussen
mevrouw [naam], wonende te [plaatsnaam],
(hierna te noemen: de cliënte)
en
Equipe Zorgbedrijven, gevestigd te Rotterdam
(hierna te noemen: de zorgaanbieder)
advocaat: mw. [naam].
Samenvatting
De Geschillencommissie Zelfstandige Klinieken (hierna: de commissie) is van oordeel dat er geen sprake is van een tekortkoming in de nakoming van de uitvoering van de behandelingsovereenkomst. Uit het overgelegde medische dossier van de cliënte en de decursus volgt dat de plastisch chirurg de twee operaties conform de door partijen gemaakte afspraken heeft verricht en dat hij daarbij aan zijn inspanningsverplichting heeft voldaan. De zorgaanbieder heeft de zorgen van de cliënte serieus genomen door herhaaldelijk de vragen van de cliënte te beantwoorden en meer dan gebruikelijk postoperatieve controleconsulten aan te bieden. Gelet hierop is de commissie van oordeel dat de zorgaanbieder bij de operaties van de cliënte de zorg heeft betracht die een redelijk bekwaam en redelijk handelend hulpverlener in dezelfde omstandigheden zou hebben betracht.
Behandeling van het geschil
Partijen zijn overeengekomen dit geschil bij bindend advies door de commissie te laten beslechten.
De commissie heeft kennisgenomen van de overgelegde stukken.
De behandeling heeft plaatsgevonden op 2 mei 2024 te Utrecht. De cliënte heeft ter zitting in persoon haar standpunt toegelicht en werd vergezeld door haar moeder. Namens de zorgaanbieder is verschenen mw. mr. [naam] (advocaat), dhr. dr. [naam] (plastisch chirurg) en dhr. [naam] (de medisch directeur van de zorgaanbieder).
Beoordeling
De klacht
De operaties
De cliënte stelt zich op het standpunt dat dhr. [naam], plastisch chirurg bij de zorgaanbieder, haar neusoperatie niet heeft uitgevoerd, zoals door partijen is afgesproken. Als gevolg hiervan heeft de cliënte schade geleden. Zij voert hiertoe, voor zover relevant, het volgende aan.
De cliënte heeft drie jaar geleden in Turkije een neusoperatie ondergaan. Deze operatie is niet goed verlopen. Na de operatie zat er een botje in de neus van de cliënte niet op de juiste plek. De cliënte heeft daarom besloten om een hersteloperatie te laten doen bij de zorgaanbieder, waarbij het botje zou worden teruggeplaatst en de neuspunt puntiger zou worden gemaakt. Volgens de plastisch chirurg zou de hersteloperatie slechts een kleine ingreep worden, want de vorm van de neus was al mooi en er zou niks aan de neusbrug worden gedaan. Na de hersteloperatie bleek dat de plastisch chirurg de afgesproken correctie niet had gedaan. De neus van de cliënte zag er heel anders uit. Ter onderbouwing verwijst de cliënte naar de door haar overgelegde foto’s. De neusburg was ineens recht, er was een bobbel ontstaan en de cliënte had veel pijn aan haar neus. Het probleem waarvoor de cliënte bij de zorgaanbieder kwam (het losse botje) was echter niet opgelost. Na drie maanden heeft de plastisch chirurg daarom besloten de neus van de cliënte weer te opereren.
De schade
Na de twee hersteloperaties bij de zorgaanbieder heeft de cliënte nog steeds niet de wipneus gekregen die ze wenst. De cliënte voelt duidelijk aan de rechterkant van haar neus dat er een randje of bobbel zit en ze heeft iedere dag pijn aan haar neus. Dit beheerst haar dagelijks leven. Als gevolg hiervan heeft de cliënte schade geleden. De cliënte dient immers nogmaals een hersteloperatie aan haar neus te ondergaan, hetgeen minstens € 8.000,– kost. Ook heeft zij als gevolg van de hersteloperaties vrij moeten nemen van haar werk, waardoor ze een maandsalaris misloopt.
Zorgen cliënte niet serieus genomen
Daarnaast voert de cliënte aan dat de zorgaanbieder haar niet serieus neemt. De plastisch chirurg heeft haar geen informatie, dan wel verkeerde informatie, gegeven. De cliënte heeft een aantal keer aan de zorgaanbieder gevraagd of een andere arts haar neus kan beoordelen, maar ze werd telkens weer in contact gebracht met de plastisch chirurg die haar neus heeft geopereerd. Daarbij komt dat de cliënte geen antwoorden op haar vragen heeft gekregen van de plastisch chirurg. Zo heeft de plastisch chirurg aan haar niet duidelijk kunnen maken waarom zij aan de rechterkant van haar neus een bobbel voelt en pijn heeft, terwijl de plastisch chirurg zegt dat hij niet aan die kant van haar neus heeft geopereerd.
De cliënte verzoekt de commissie om te bepalen dat de zorgaanbieder aan de cliënte € 8.000,– aan schadevergoeding dient te betalen, dan wel een door de commissie vast te stellen bedrag.
De reactie van de zorgaanbieder
De operaties
De zorgaanbieder betwist dat er sprake is van verwijtbaar onzorgvuldig handelen. Zij voert hiertoe, voor zover relevant, het volgende aan.
De door de plastisch chirurg uitgevoerde neuscorrecties zijn voorafgaand aan de operaties uitgebreid en herhaaldelijk met de cliënte besproken. De cliënte is geïnformeerd over de aard van de ingrepen, de mogelijke complicaties, eventuele alternatieven en het te verwachten resultaat. Uit het medische dossier en de decursus volgt dat beide operaties conform de door partijen gemaakte afspraken zijn gedaan en op zorgvuldige wijze zijn uitgevoerd. Het uiteindelijke resultaat van de neuscorrecties is goed en naar objectieve cosmetische maatstaven aanvaardbaar. Ter onderbouwing verwijst de zorgaanbieder naar de door haar overgelegde foto’s.
De vorm van de neusrug van de cliënte is niet veranderd door de plastisch chirurg. Bij de eerste operatie op 22 april 2021 heeft de plastisch chirurg 1) het voelbare randje in de neus van de cliënte verwijderd door het scheef gegroeide stuk bot te repositioneren en 2) getracht de punt van de neus smaller te maken door zo goed als mogelijk het litteken dat was ontstaan na de ingreep in Turkije te verwijderen en het dikke kraakbeen transplantaat in de columella te versmallen. Dit volgt ook uit het overgelegde OK-verslag.
Het bultje dat enige tijd na de eerste operatie op de neusrug ontstond is een inherent risico aan een neuscorrectie. Na onderzoek bleek dat dit een los stukje van de benige neusrug was. Dit is niet te wijten aan enig onzorgvuldig handelen van de plastisch chirurg. De cliënte was over dit risico geïnformeerd. Met de (kosteloze) tweede operatie op 10 september 2021 is dit bultje verholpen door het losse stukje bot te verwijderen.
Met de cliënte is niet afgesproken dat zij met de tweede operatie haar wipneus terug zou krijgen. Dit volgt uit de e-mail van 13 augustus 2021. De cliënte begreep (uitdrukkelijk) dat over de resultaten van de ingreep niets kon worden gegarandeerd. Uit het medisch dossier van de cliënte volgt bovendien dat gedurende het telefonische consult voorafgaand aan de tweede ingreep met de cliënte juist is besproken dat zij na de ingreep geen wipneus meer zou hebben. De cliënte begreep dat en besloot de ingreep (desondanks) te ondergaan.
Zorgen cliënte serieus genomen
Anders dan de cliënte stelt is zij door de zorgaanbieder wel degelijk en telkens weer serieus genomen. De plastisch chirurg en de andere betrokkenen van de zorgaanbieder hebben veel aandacht besteed aan de cliënte. De stelling van de cliënte dat de zorgaanbieder verkeerde of geen informatie heeft gegeven is op geen enkele wijze onderbouwd. Voor de zorgaanbieder is dan ook niet duidelijk waarop dit verwijt ziet en zij herkent zich niet in dit standpunt. De cliënte is voortdurend uitgebreid geïnformeerd, waar nodig gerustgesteld en steeds serieus genomen. Dat blijkt ook uit de vele consulten, hetgeen volgt uit het medisch dossier van de cliënte.
In de e-mail van 17 augustus 2021 heeft de cliënte kenbaar gemaakt aan de zorgaanbieder dat zij wil dat een andere arts naar haar neus kijkt en deze beoordeelt. De plastisch chirurg heeft na deze e-mail van de cliënte telefonisch contact opgenomen met de cliënte en als mogelijkheid geopperd dat zij zich wendt tot een andere arts. De cliënte gaf aan dat zij dat juist niet wilde.
Schade
Gelet op het voorgaande is er geen grondslag voor het toewijzen van schadevergoeding aan de cliënte. Van onzorgvuldig handelen van de zorgaanbieder is immers geen sprake. De zorgaanbieder verzoekt de commissie de klacht van de cliënte ongegrond te verklaren en het verzoek tot schadevergoeding af te wijzen.
De beoordeling van het geschil door de commissie
De operaties
De cliënte heeft eind februari 2020 een neuscorrectie ondergaan in Turkije die niet goed is verlopen. Vervolgens heeft de cliënte bij de zorgaanbieder op 22 april 2021 en 10 september 2021 twee (herstel) neuscorrecties ondergaan. In geschil is of de zorgaanbieder bij deze twee hersteloperaties van de cliënte onzorgvuldig heeft gehandeld. De commissie zal het geschil beoordelen aan de hand van het volgende juridisch kader.
Juridisch kader
Op grond van de geneeskundige behandelingsovereenkomst moet de zorgaanbieder bij zijn werkzaamheden de zorg van een goed hulpverlener in acht nemen en daarbij handelen in overeenstemming met de op hem rustende verantwoordelijkheid, voortvloeiende uit de voor hulpverleners geldende professionele standaard (artikel 7:453 van het Burgerlijk Wetboek). Deze zorgplicht houdt in dat de zorgaanbieder die zorg moet betrachten die een redelijk bekwaam en redelijk handelend hulpverlener in dezelfde omstandigheden zou hebben betracht.
De verplichting die voor een hulpverlener (in dit geval: de plastisch chirurg) voortvloeit uit een geneeskundige behandelingsovereenkomst wordt in beginsel niet aangemerkt als een resultaatsverplichting, waarbij de hulpverlener moet instaan voor het bereiken van een bepaald resultaat, maar als een inspanningsverplichting, waarbij de hulpverlener zich verplicht zich voor het bereiken van een bepaald resultaat in te spannen. De reden hiervoor is dat het bij een geneeskundige behandeling meestal niet mogelijk is een bepaald resultaat te garanderen, omdat het menselijk lichaam in het (genezings-)proces een ongewisse factor vormt; zelfs bij onberispelijk medisch handelen kan het beoogde resultaat uitblijven. Van een tekortkoming kan dan ook pas worden gesproken indien komt vast te staan dat de hulpverlener zich onvoldoende heeft ingespannen of bij de inspanning een fout heeft gemaakt.
Voor de aansprakelijkheid van de zorgaanbieder is dan ook vereist dat voldoende aannemelijk is dat de zorgaanbieder tekort is geschoten in de nakoming dan wel de uitvoering van de behandelingsovereenkomst. De aanwezigheid van een fout of nalaten is een vereiste voor aansprakelijkheid van het ziekenhuis. De tekortkoming moet aan de zorgaanbieder kunnen worden verweten en de cliënte moet door deze tekortkoming nadeel zijn toegebracht.
De commissie oordeelt als volgt. Uit het overgelegde medische dossier van de cliënte en de cursus volgt dat de plastisch chirurg de twee operaties conform de door partijen gemaakte afspraken heeft verricht en dat hij daarbij aan zijn inspanningsverplichting heeft voldaan.
Niet in geschil is dat de cliënte mogelijk door de eerste operatie iets aan hoogte van de neuspunt heeft verloren. Volgens de cliënte heeft ze hierdoor geen wipneus meer. De plastisch chirurg heeft uitgelegd dat dit komt doordat in de eerste operatie op verzoek van de cliënte haar neuspunt smaller is gemaakt. Dat de cliënte hierdoor iets aan hoogte van de neuspunt is verloren acht de commissie niet verwijtbaar, nu dit niet een ongebruikelijk gevolg is van de operatie aan de neuspunt en dit heeft geleid tot een (gewenste) smallere neuspunt.
Dat er na de eerste operatie een bobbel is ontstaan aan de neus van de cliënte en dat de cliënte hieraan pijn had, is naar het oordeel van de commissie geen verwijtbare fout van de zorgaanbieder. De plastisch chirurg heeft uitgelegd dat dit is veroorzaakt door een los stukje bot ter hoogte van keystone area over dorsum van de neus. In de eerste operatie had hij gepoogd dit botje, dat als gevolg van de operatie in Turkije was ingezakt, te repositioneren, maar dit is uiteindelijk toch losgeraakt en gaan dwalen. Dit is een inherent risico van een hersteloperatie en dus niet aan de zorgaanbieder te verwijten. Daarnaast heeft de zorgaanbieder de bobbel met de tweede operatie kosteloos verwijderd, zodat de cliënte hierdoor ook geen schade heeft geleden.
Het betoog van de cliënte dat de plastisch chirurg in afwijking van de gemaakte afspraken tijdens de tweede operatie iets aan de rechterkant van haar neus heeft gedaan waardoor er aan die kant van haar neus een randje of bobbel is ontstaan faalt. De plastisch chirurg heeft ter zitting benadrukt dat hij niet de rechterkant van de neus van de cliënte heeft geopereerd. De commissie ziet geen aanleiding om hieraan te twijfelen, nu het medisch dossier deze stelling bevestigt. De bobbel of het randje dat de cliënte voelt kan zijn ontstaan door een resterende zwelling, littekenweefsel of een randje kraakbeen. Dit is niet aan de zorgaanbieder te wijten. Van een tekortkoming in de nakoming van de uitvoering van de behandelingsovereenkomst is dan ook geen sprake.
Verder constateert de commissie dat uit het medisch dossier van de cliënte of de decursus niet volgt dat partijen hadden afgesproken dat de cliënte met de tweede operatie een wipneus terugkrijgt. In tegendeel, in de aantekeningen van 19 augustus 2021 van het medisch dossier staat immers, voor zover relevant, vermeld:
“nu: (…) iets glooiend bij voorkeur (maar wegens onvoorspelbaarheid niet weer tip open maken, krijgt dus geen wipneus meer, vind ze ok!!)”
Dat partijen hebben afgesproken dat de cliënte de door haar gewenste wipneus krijgt is dan ook niet komen vast te staan.
De cliënte stelt dat zij nog steeds pijn heeft aan haar neus. Dat de pijn het gevolg is van een verwijtbare medische fout van de zorgaanbieder is echter niet gebleken. De pijn is mogelijk het gevolg van het littekenweefsel dat is ontstaan doordat de cliënte drie neuscorrecties heeft ondergaan in korte tijd. De commissie is van oordeel dat dit een risico is waarmee de cliënte akkoord is gegaan.
Zorgen cliënte serieus genomen
Uit het overgelegde medisch dossier van de cliënte en de decursus volgt naar het oordeel van de commissie dat de zorgaanbieder de zorgen van de cliënte wel degelijk serieus heeft genomen door herhaaldelijk de vragen van de cliënte te beantwoorden en meer dan gebruikelijk postoperatieve controleconsulten te bieden.
Dat de plastisch chirurg de cliënte geen informatie, dan wel verkeerde informatie, heeft gegeven en dat de cliënte tevergeefs een aantal keer aan de zorgaanbieder heeft gevraagd of een andere arts haar neus kan beoordelen is gelet op de betwisting van de zorgaanbieder niet komen vast te staan. Het lag op de weg van de cliënte om deze stellingen aan de hand van stukken te onderbouwen. Zij heeft dat niet gedaan.
Slotsom
Gelet op het voorgaande is de commissie van oordeel dat de zorgaanbieder de zorg heeft betracht die een redelijk bekwaam en redelijk handelend hulpverlener in dezelfde omstandigheden zou hebben betracht.
De klacht van de cliënte zal dan ook ongegrond worden verklaard en het verzoek tot schadevergoeding zal worden afgewezen.
Derhalve wordt als volgt beslist.
Beslissing
De commissie:
– verklaart de klacht van de cliënte ongegrond;
– wijst het verzoek van de cliënte af.
Overeenkomstig het reglement van de commissie is de zorgaanbieder aan de commissie behandelingskosten verschuldigd.
Aldus beslist door de Geschillencommissie Zelfstandige Klinieken, bestaande uit mevrouw mr. S.W.M. Speekenbrink, voorzitter, mevrouw dr. M. van Hal, de heer mr. P.C. de Klerk, leden, in aanwezigheid van mevrouw mr. R.H.W. Theuns-van Waasdijk, secretaris, op 2 mei 2024.