Commissie: Zelfstandige Klinieken
Categorie: -
Jaartal: 2025
Soort uitspraak: Tussen Advies
Uitkomst: Aanhouding beslissing
Referentiecode:
947970/1084724
De uitspraak:
Waar gaat de uitspraak over?
Een cliënt klaagt tegen Boerhaave Medisch Centrum over een explantatie en borstlift van 12 april 2023, met verwijten van ontbrekend informed consent, gebrekkige preoperatieve screening, onzorgvuldige nazorg en restklachten. De zorgaanbieder werpt primair niet-ontvankelijkheid op wegens overschrijding van de 12-maandstermijn, stellend dat de eerste klacht dateert van 7 augustus 2023. De commissie oordeelt echter dat een tweede, inhoudelijk nieuwe klacht van 18 december 2024 de termijn doet aanvangen, zodat de cliënt ontvankelijk is, behalve voor het onderdeel “preoperatieve tests” dat al in 2023 was geuit. Inhoudelijk staat informed consent centraal: de cliënt spreekt nauwelijks Nederlands en werd bij consulten op 19 en 27 maart 2023 bijgestaan door [naam tolk], die in een gedetailleerde verklaring stelt dat risico’s, complicaties en alternatieve borstlifttechnieken niet zijn besproken. De zorgaanbieder verwijst naar het medisch dossier, waarin zou staan dat risico’s en de ankerlift zijn besproken, en dat de cliënt ook via formulier en folder is geïnformeerd; de commissie vindt de dossiervoering echter summier en onvoldoende gestructureerd om vast te stellen wat exact en wanneer is toegelicht. Daarbij weegt mee dat in het dossier alleen de ankerlift terug te vinden is en niet de drie mogelijke technieken, en dat ter zitting geen direct bij de behandeling betrokken arts aanwezig was om feitelijke vragen te beantwoorden. Gelet op de taalbarrière, de gedetailleerde tolkenverklaring en de lacunes in het dossier kan de commissie vooralsnog niet vaststellen dat volledig en begrijpelijk is geïnformeerd. Om die reden acht zij nadere bewijslevering noodzakelijk door het horen van de tolk. De commissie bepaalt dat een nieuwe zitting wordt gepland en beveelt de oproeping van [naam tolk], met de overweging aan de zorgaanbieder om de betrokken arts mee te nemen. Alle verdere beslissingen worden aangehouden.
De uitspraak
in het geschil tussen
[naam], wonende te [woonplaats] (hierna te noemen: de cliënt)en
Boerhaave Medisch Centrum, gevestigd te Amsterdam
(hierna te noemen: de zorgaanbieder).
Behandeling van het geschil
Partijen zijn overeengekomen dit geschil bij bindend advies door de Geschillencommissie Zelfstandige Klinieken (verder te noemen: de commissie) te laten beslechten.
De commissie heeft kennisgenomen van de overgelegde stukken.
De behandeling heeft plaatsgevonden op 2 september 2025 te Utrecht.
De cliënt was samen met een tolk, de heer [naam], ter zitting aanwezig. Namens de zorgaanbieder waren [naam], (kliniekmanager) en [naam], (advocaat) aanwezig.
Onderwerp van het geschil
De cliënt heeft de klacht voorgelegd aan de zorgaanbieder.
Het geschil betreft de behandeling die de cliënt op 12 april 2023 heeft ondergaan bij de zorgaanbieder. De cliënt klaagt over het gebrek aan informed consent en de kwaliteit van de behandeling en de nazorg.
Standpunt van de cliënt
Voor het standpunt van de cliënt verwijst de commissie naar de overgelegde stukken. In de kern komt dat op het volgende neer.
Op 12 april 2023 onderging de cliënt een explantatie en borstlift. De zorgaanbieder is hierin ernstig nalatig geweest: zo heeft geen preoperatieve screening plaatsgevonden (geen bloedonderzoek of fysiek onderzoek door de anesthesist) en is sprake van onvolledige hemostase en onprofessionele nazorg. De cliënt had wekenlang bloedingen en heeft hier blijvende schade aan overgehouden (neuropathische pijn en asymmetrie).
Bovendien ontbrak duidelijke informatie en informed consent. De cliënt is niet geïnformeerd over mogelijke risico’s en complicaties en de drie chirurgische manieren om een borstlift uit te voeren. In dit kader heeft de tolk van de cliënt, die bij de gesprekken met de zorgaanbieder aanwezig was, een verklaring opgesteld.
Standpunt van de zorgaanbieder
Voor het standpunt van de zorgaanbieder verwijst de commissie naar de overgelegde stukken. In de kern komt dat op het volgende neer.
Ontvankelijkheid
Op grond van artikel 6 lid 1 sub b Reglement Geschillencommissie Zelfstandige Klinieken is een cliënt in een geschilprocedure in zijn klacht niet-ontvankelijk “indien hij zijn geschil niet binnen 12 maanden, na de datum waarop de cliënt de klacht bij de zorgaanbieder indiende, bij de commissie aanhangig gemaakt”. De cliënt heeft haar klacht niet binnen genoemde termijn bij de geschillencommissie aanhangig gemaakt en is om die reden dan ook niet-ontvankelijk in haar klacht.
De cliënt heeft haar klacht eerst kenbaar gemaakt op 7 augustus 2023 middels het klachtenformulier van de website van de zorgaanbieder. Door de zorgaanbieder is bij brieven van 25 oktober en 30 november 2023 inhoudelijk gereageerd op de klacht, waarbij de cliënt diverse oplossingen zijn aangereikt alsook is gewezen op het feit dat de zorgaanbieder is aangesloten bij de geschillencommissie.
De cliënt heeft het geschil blijkens het vragenformulier pas op 9 maart 2025 bij de commissie aanhangig gemaakt. Dat is ruim 19 maanden na de datum waarop zij haar klacht bij de zorgaanbieder indiende (te weten 7 augustus 2023). Voor zover de cliënt zou stellen dat dat het gevolg is van het uitblijven van een reactie van de zorgaanbieder wordt reeds opgemerkt dat ook ruim 16 maanden zijn verstreken sinds de inhoudelijke reacties op deze eerst ingediende klacht.
Er is geen reden om aan te nemen dat de cliënt ten aanzien van de termijnoverschrijding redelijkerwijs geen verwijt treft, met name nu zij reeds in oktober 2023 door de zorgaanbieder op de commissie is gewezen. Het nogmaals indienen van dezelfde klacht leidt er niet toe dat de termijn opnieuw gaat lopen.
Informed consent
De cliënt is wel degelijk op een zorgvuldige wijze over de ingreep geïnformeerd. Uit het medisch dossier volgt dat gedurende het consult op 19 maart 2023 is gesproken over de aard en noodzaak van de behandeling, de bestaande behandelopties (een borstlift of het vervangen van de implantaten), de daarbij behorende complicaties en risico’s alsook de gevolgen voor de cliënt (zoals de ankervormige littekens).
De verklaring van de tolk staat haaks op het medisch dossier. Volgens vaste jurisprudentie moet echter in beginsel van de juistheid van de informatie uit het dossier worden uitgegaan. Daaruit volgt dat de arts duidelijk heeft gemaakt dat het wat haar betreft niet verstandig was om te opteren voor het plaatsen van nieuwe implantaten vanwege het risico op complicaties en dat een borstlift voor de cliënt een goede optie was om haar klachten te verhelpen. Dit volgt ook uit de verklaring.
De cliënt is vervolgens nog geïnformeerd middels het informed consentformulier, dat zij met haar tolk heeft besproken, en aan de hand van een informatiefolder. Uit de klacht van de cliënt d.d. 11 november 2024 volgt verder dat met de cliënt is gesproken over het risico op ‘esthetische vervorming’ en het ‘voorkomen van asymmetrie’. Het is daarmee ook los van het medisch dossier aantoonbaar onjuist dat met de cliënt op geen enkele manier over complicaties en risico’s is gesproken.
Preoperatieve screening en nazorg
De anesthesie-screening heeft niet via “fast track” (zonder enig contact) maar via “need-to-contact” plaatsgevonden, waarbij telefonisch contact is geweest met de cliënt. Verder is voorafgaand aan de ingreep een mammografie verricht, wat conform de professionele standaard is. Aanvullend bloedonderzoek was bij de cliënt niet nodig, nu bij de cliënt geen sprake was van bijzonderheden.
Verder is adequaat en zorgvuldig gereageerd op de nabloedingen bij de cliënt. Het gebruik van drains bij een dergelijke ingreep is niet vereist volgens de professionele standaard. Niet is gebleken van klinisch relevante verschillen met de werkwijze van de zorgaanbieder, terwijl drains wel kunnen leiden tot pijnklachten, discomfort en verhoogde littekenkans.
Resultaat behandeling
De borstlift is lege artis uitgevoerd. De cliënt stelt niet zozeer dat dat niet zo is, maar verwijt de zorgaanbieder wel het ontstaan van ‘aanhoudende borst- en tepelasymmetrie’. Borst- en tepelasymmetrie zijn beide een inherent risico aan het ondergaan van een borstlift en de cliënt is daarover ook geïnformeerd. Het ontstaan daarvan getuigt niet van onzorgvuldig handelen.
Bejegening
De zorgaanbieder betwist dat zij de klachten van de cliënt heeft bespot of gebagatelliseerd vanwege haar leeftijd of afkomst.
De zorgaanbieder meent zorgvuldig te hebben gehandeld. Er is dan ook geen grond voor toekenning van schadevergoeding.
Beoordeling van het geschil
Ontvankelijkheid
Op grond van artikel 6 lid 1 sub b van het Reglement Geschillencommissie Zelfstandige klinieken kan de commissie op verzoek van de kliniek – gedaan bij eerste gelegenheid – een cliënt in de klacht niet ontvankelijk verklaren indien de cliënt het geschil niet binnen 12 maanden na de datum waarop de client de klacht bij de zorgaanbieder indiende, bij de commissie aanhangig heeft gemaakt. De zorgaanbieder heeft zich hierop beroepen, nu de cliënt reeds in 2023 haar klacht bij de zorgaanbieder kenbaar heeft gemaakt.
Uit de overgelegde stukken maakt de commissie op dat de cliënt tweemaal een klacht heeft ingediend bij de zorgaanbieder. De eerste klacht dateert van 7 augustus 2023 en betreft enerzijds de preoparatieve tests die niet zouden zijn uitgevoerd en anderzijds het verzoek om een factuur voor de verzekering.
De tweede klacht dateert van 18 december 2024 en betreft het ontbreken van informed consent, preoperatieve tests, onvolledige hemostase, onprofessionele nazorg en onvrede over het resultaat van de behandeling.
Naar het oordeel van de commissie moet deze tweede klacht worden opgevat als nieuw, nu deze klachtonderdelen (afgezien van het klachtonderdeel ten aanzien van de preoperatieve tests) niet eerder bij de zorgaanbieder zijn ingediend. Het is dan ook geen vervolg van de eerdere klachtenprocedure.
De reglementaire termijn van twaalf maanden is dan ook aangevangen op 18 december 2024, waarmee de cliënt het geschil bij de commissie tijdig aanhangig heeft gemaakt.
De cliënt is ontvankelijk in haar klachten, afgezien van het klachtonderdeel over de preoperatieve tests zoals geformuleerd in haar klacht van 7 augustus 2023.
Informed consent
De cliënt voert aan dat zij voorafgaand aan de ingreep niet, althans onvoldoende, is geïnformeerd over de drie mogelijke methoden van borstlift, noch over de daaraan verbonden risico’s en mogelijke complicaties.
De commissie merkt allereerst op dat tussen de cliënt en de zorgaanbieder sprake was van een aanzienlijke taalbarrière. De cliënt is de Nederlandse taal niet machtig. Daarom is de cliënt in beide consulten met de zorgaanbieder in 2023 bijgestaan door een tolk, [naam tolk].
Ter ondersteuning van haar klacht over het ontbreken van informed consent, heeft de cliënt een verklaring overgelegd van de betreffende tolk. In deze verklaring staat dat de zorgaanbieder de cliënt tijdens de consulten van 19 maart 2023 en 27 maart 2023 geenszins heeft voorgelicht over mogelijke risico’s of complicaties van een borstlift. Deze verklaring, opgesteld in het voorjaar van 2025, is zeer gedetailleerd. De commissie heeft vooralsnog geen reden om aan de juistheid van de verklaring van de tolk te twijfelen.
De zorgaanbieder heeft zich tegen de verklaring van de tolk verweerd door te verwijzen naar de informatie in het medisch dossier, waarin staat genoteerd dat de cliënt op 19 maart 2023 is geïnformeerd over risico’s en complicaties.
Naar het oordeel van de commissie staat de informatie in het medisch dossier haaks op de informatie uit de verklaring van de tolk. Echter, uit (het gebrek aan) de structuur van het medisch dossier kan de commissie niet vaststellen wat exact met de cliënt is besproken en in welke chronologische volgorde. Bepaalde informatie heeft de commissie in ieder geval niet kunnen terugvinden in het medisch dossier, waaronder de drie mogelijke borstliften. In het dossier kan de commissie alleen bespreking van de ankerlift terugvinden.
De commissie acht het spijtig dat ter zitting geen zorgverlener aanwezig was die (direct) bij de behandeling van de cliënt betrokken was. Hierdoor kon een en ander niet adequaat worden besproken. De commissie merkt op dat de verklaring van de tolk reeds aanwezig was in het dossier, waardoor de zorgaanbieder zich daarop had kunnen voorbereiden.
Gelet op de verklaring van de tolk en het summiere karakter van het medisch dossier, kan de commissie niet vaststellen dat de cliënt – die de Nederlandse taal niet machtig is – volledig is geïnformeerd voorafgaand aan de ingreep. Onweersproken is door de cliënt gesteld dat ze niet de link naar de website heeft gekregen, althans dat de informatieve documenten niet in het portaal te vinden waren.
Onder deze omstandigheden acht de commissie het van belang de betreffende tolk, [naam tolk], te horen, waarvoor een nieuwe zitting belegd dient te worden. Gelet op het belang van de klacht geeft de commissie de zorgaanbieder in overweging alsnog de betrokken arts mee te nemen naar de nieuwe zitting, ten einde feitelijke vragen te kunnen beantwoorden.
Derhalve wordt als volgt beslist.
Beslissing
De commissie:
– bepaalt dat een nieuwe zitting wordt gepland, waarvoor [naam tolk], die als tolk aanwezig was bij de consulten, wordt opgeroepen;
– houdt verder iedere beslissing aan.
Aldus beslist door de Geschillencommissie Zelfstandige Klinieken, bestaande uit mevrouw mr. A.D.R.M. Boumans, voorzitter, mevrouw drs. H.J.P. Tielemans, de heer mr. R.P. Gerzon, leden, in aanwezigheid van mevrouw mr. S.M.E. Balfoort, secretaris, op 2 september 2025.