Geschil over ontvankelijkheid van klacht tegen ambulancedienst

De Geschillencommissie Zorg




Commissie: Ambulancezorg    Categorie: -    Jaartal: 2025
Soort uitspraak: voorbeslissing   Uitkomst: ontvankelijk   Referentiecode: 594078/713443

De uitspraak:

Waar gaat de uitspraak over?

Een cliënt diende een klacht in tegen een ambulancezorgaanbieder wegens nalatigheid bij een noodgeval, waarbij zij ernstig letsel opliep. De zorgaanbieder stelde dat de klacht niet-ontvankelijk was, omdat deze te laat bij de commissie was ingediend.

De Geschillencommissie oordeelde dat de klacht tijdig aanhangig was gemaakt, binnen de termijn van twaalf maanden na de indiening bij de zorgaanbieder. De cliënt werd daarom ontvankelijk verklaard in haar klacht en partijen zullen worden uitgenodigd voor verdere behandeling van het geschil.

De uitspraak

in het geschil tussen

[naam], wonende te [plaats] (hierna te noemen: de cliënt)

en

Ambulance Rotterdam-Rijnmond, gevestigd te Barendrecht
(hierna te noemen: de zorgaanbieder).

Behandeling van het geschil

Uit de stukken blijkt dat eerst dient te worden vastgesteld of de cliënt in haar klacht ontvankelijk is.

Partijen zijn overeengekomen dit geschil bij bindend advies door de Geschillencommissie Ambulancezorg (verder te noemen: de commissie) te laten beslechten.

De commissie heeft kennisgenomen van de overgelegde stukken.

De behandeling heeft plaatsgevonden op 23 januari 2025 te Den Haag.

Partijen zijn niet voor de zitting opgeroepen.

Onderwerp van het geschil

Het geschil betreft de vraag of de cliënt ontvankelijk is in haar klacht.

Standpunt van de cliënt

Voor het standpunt van de cliënt verwijst de commissie naar de overgelegde stukken. In de kern komt dat op het volgende neer.

Cliënt heeft op 14 augustus 2023 ernstig letsel opgelopen door een ongeval thuis, waarbij haar ringvinger volledig afscheurde. Ondanks herhaalde noodoproepen werd geen ambulance gestuurd, waardoor zij pas na 40 minuten door een verpleegkundige zonder adequate medische middelen werd geholpen en zelf de route naar het ziekenhuis moest navigeren. Dit heeft geleid tot amputatie van haar vinger en ernstige psychische schade (PTSS), met impact op haar kinderen. De ambulancedienst heeft nalatig gehandeld door niet tijdig de vereiste spoedeisende hulp te verlenen.

Cliënt vordert een schadevergoeding van €25.000.

Standpunt van de zorgaanbieder

Voor het standpunt van de zorgaanbieder verwijst de commissie naar de overgelegde stukken. In de kern komt het standpunt op het volgende neer.

De zorgaanbieder is van mening dat de cliënt niet-ontvankelijk is in haar klacht, nu zij deze niet binnen twaalf maanden na indiening bij de zorgaanbieder aan de commissie heeft voorgelegd. De cliënt heeft op 8 oktober 2023 haar klacht formeel bij de zorgaanbieder ingediend. Het geschil is pas op 24 oktober 2024 aanhangig gemaakt bij de commissie. Aangezien cliënte geen verklaring heeft gegeven voor deze termijnoverschrijding, verzoekt de zorgaanbieder de commissie de klacht niet-ontvankelijk te verklaren.

Beoordeling van de ontvankelijkheid

Conform artikel 6 lid 1 sub b van het reglement van de commissie dient een cliënt de klacht binnen twaalf maanden nadat de klacht bij de zorgaanbieder is ingediend, bij de commissie aanhangig te maken. De zorgaanbieder stelt dat de cliënt deze termijn heeft overschreden.

Uit de stukken blijkt dat de cliënt op 8 oktober 2023 haar klacht bij de zorgaanbieder heeft ingediend. Het vragenformulier bij de geschillencommissie werd op 6 september 2024 door de cliënt ingediend. Aangezien dit formulier wordt gezien als het moment waarop de klacht aanhangig is gemaakt, valt dit binnen de termijn van twaalf maanden na de indiening bij de zorgaanbieder op 8 oktober 2023. Derhalve is er geen sprake van niet-ontvankelijkheid. Dit brengt de commissie tot de conclusie dat de cliënt vooralsnog ontvankelijk is in haar klacht en partijen in de gelegenheid moeten worden gesteld te worden gehoord. Daartoe zullen zij worden uitgenodigd.

Derhalve wordt als volgt beslist.

Beslissing
De cliënt wordt in de klacht ontvankelijk verklaard.

Aldus beslist door de Geschillencommissie Ambulancezorg, bestaande uit mevrouw mr. A.D.R.M. Boumans, voorzitter, de heer P. Haasbeek, de heer mr. R.P. Gerzon, leden, in aanwezigheid van mevrouw mr. S.M.E. Balfoort, secretaris, op 23 januari 2025.