Commissie: Ambulancezorg
Categorie: bejegening
Jaartal: 2024
Soort uitspraak: bindend advies
Uitkomst: ongegrond
Referentiecode:
231449/327836
De uitspraak:
Waar gaat de uitspraak over?
Klaagster verwijt de zorgaanbieder dat zij tegen haar wil in een ambulance is meegenomen naar het ziekenhuis. De commissie verklaart de klacht van klaagster ongegrond. Omstanders hebben een ambulance voor klaagster gebeld. Vanwege de aanwezigheid van die omstanders werd klaagster uit privacyoverwegingen in de ambulance onderzocht. Omdat onderzoek uitwees dat mogelijk sprake was van een levensbedreigende situatie is klaagster terecht meegenomen naar de spoedeisende hulp van het ziekenhuis.
De uitspraak
In het geschil tussen
mevrouw [naam], wonende te [plaatsnaam] (hierna te noemen: de cliënt)
en
Veiligheids- en Gezondheidsregio Gelderland-Midden (VGGM), gevestigd te Arnhem
(hierna te noemen: de zorgaanbieder).
Samenvatting
Klaagster verwijt de zorgaanbieder dat zij tegen haar wil in een ambulance is meegenomen naar het ziekenhuis. De commissie verklaart de klacht van klaagster ongegrond. Omstanders hebben een ambulance voor klaagster gebeld. Vanwege de aanwezigheid van die omstanders werd klaagster uit privacyoverwegingen in de ambulance onderzocht. Omdat onderzoek uitwees dat mogelijk sprake was van een levensbedreigende situatie is klaagster terecht meegenomen naar de spoedeisende hulp van het ziekenhuis.
Behandeling van het geschil
Partijen zijn overeengekomen dit geschil bij bindend advies door de Geschillencommissie Ambulancezorg (verder te noemen: de commissie) te laten beslechten.
De cliënt heeft de klacht voorgelegd aan de zorgaanbieder. De commissie heeft kennisgenomen van de overgelegde stukken.
Partijen zijn tijdig en behoorlijk opgeroepen ter zitting te verschijnen.
Beide partijen hebben geen gebruik gemaakt van de mogelijkheid ter zitting het standpunt nader toe te lichten.
De behandeling heeft plaatsgevonden op 11 juni 2024 te Utrecht.
De commissie heeft het volgende overwogen.
Beoordeling
Klacht van klaagster
Op 17 mei 2023 hebben omstanders een ambulance voor klaagster ingeroepen zonder klaagsters instemming te vragen. Klaagster was inmiddels zelf opgestaan uit de berm maar klaagster werd toch aan allerlei onderzoeken in de ambulance onderworpen. De ambulanceverpleegkundigen weigerden klaagster te laten gaan hoewel zij zich alweer beter voelde. Klaagster had uitgelegd dat het wel vaker was voorgekomen dat zij na een insectenbeet een allergische reactie vertoonde en er bij haar soms ook daarop gelijkende verschijnselen optraden ook als geen sprake was van een insectenbeet. Tot klaagsters verbijstering werd zij tegen haar wil vastgezet in de veiligheidsgordels van de ambulance en naar het ziekenhuis vervoerd. Klaagster wilde absoluut niet naar het ziekenhuis en wilde daar ook niet naar binnen. Na overleg met een internist mocht klaagster naar huis. Klaagster heeft een rekening ontvangen voor het ambulancevervoer en ook voor het ziekenhuisbezoek. Klaagster is het niet eens met de handelwijze van de zorgaanbieder en verlangt een oordeel van de commissie. Voorts verlangt zij dat de zorgaanbieder de rekeningen van het ambulancevervoer en het ziekenhuisbezoek voor zijn rekening neemt.
Oordeel commissie
Uit de overgelegde stukken leidt de commissie af dat klaagster op 17 mei 2023 een beeld liet zien dat leek op een ernstige allergische reactie na een insectenbeet. Omstanders hebben een ambulance gebeld voor klaagster die in de berm lag. De zorgaanbieder heeft een ambulance naar klaagster gestuurd. Vanwege de omstanders is klaagster ter bescherming van haar privacy in de ambulance onderzocht door ambulanceverpleegkundigen. Dat onderzoek gaf aan dat mogelijk sprake was van een levensbedreigende situatie. Er was sprake van een lage bloeddruk, een zichtbare reactie op de huid en eerdere ervaringen met een allergische reactie op een wespensteek. Klaagster verwijt de zorgaanbieder dat zij vervolgens tegen haar wil naar het ziekenhuis is vervoerd. Indien sprake is van een acute levensbedreigende situatie, hetgeen een ernstige allergische reactie is, schrijft het protocol voor dat in het ziekenhuis nader onderzoek dient te worden verricht. De commissie is dan ook van oordeel dat de zorgaanbieder zorgvuldig en conform het protocol heeft gehandeld door klaagster voor nader onderzoek mee te nemen naar het ziekenhuis ook al was zij zelf van mening dat dit niet nodig was. Dat klaagster daarmee haar eigen risico heeft moeten aanspreken en dat zij taxikosten heeft moeten maken om van het ziekenhuis naar huis en vervolgens naar haar auto te gaan kan niet aan de zorgaanbieder verweten worden. De zorgaanbieder heeft gehandeld zoals van een redelijk handelend zorgverlener in vergelijkbare omstandigheden verwacht mag worden.
Op grond van het voorgaande is de commissie van oordeel dat de klacht ongegrond is.
Derhalve wordt als volgt beslist.
Beslissing
De commissie verklaart de klacht van klaagster ongegrond en wijst het door haar verzochte af.
Het door de cliënt verlangde wordt afgewezen.
Aldus beslist door de Geschillencommissie Ambulancezorg, bestaande uit mevrouw mr. A.D.R.M. Boumans, voorzitter, de heer P. Haasbeek, de heer mr. P.O.H. Gevaerts, leden, in aanwezigheid van mevrouw mr. J.C. Quint, secretaris, op 11 juni 2024.