U kunt niet in beroep gaan tegen een uitspraak van een van onze geschillencommissies. Herziening van een uitspraak is ook niet mogelijk; ook niet in het geval van nieuwe feiten of argumenten.
Voorleggen aan de rechter
U kunt de uitspraak voorleggen aan de burgerlijke rechter door dagvaarding van de andere partij. De rechter kan een uitspraak van de Geschillencommissie ongedaan maken, als hij vindt dat de uitspraak niet aanvaardbaar is (marginale toetsing). Bijvoorbeeld wanneer de commissie de redenen voor de uitspraak niet goed genoeg uitlegde (motivatie). Of als de procedure niet goed is uitgevoerd, bijvoorbeeld wanneer niet alle partijen hun verhaal konden doen tijdens de zitting.
Als de rechter de uitspraak ongedaan maakt, geldt de uitspraak van de Geschillencommissie niet meer. De partijen hoeven zich dan niet aan de uitspraak te houden.
Ook de andere partij kan de uitspraak ter toetsing aan de rechter voorleggen. In dat geval zal u daarbij betrokken worden, omdat u de andere partij bij de uitspraak bent. In de praktijk komt het weinig voor dat een uitspraak aan de rechter wordt voorgelegd.
Hoe snel voorleggen?
Wilt u de uitspraak voorleggen aan een rechter? Let er dan op dat u dit op tijd doet. Dit moet binnen 2 of 3 maanden na het verzenden van de uitspraak, afhankelijk van de commissie. In de brochure van de commissie staat hoe snel u dit moet doen. De brochure vindt u op de pagina van de commissie. Wanneer de uitspraak niet op tijd door een van de partijen aan de burgerlijke rechter is voorgelegd, kan de uitspraak niet meer ongedaan gemaakt worden.
Gaat uw vraag over een fout in de uitspraak?
Lees dan het antwoord op de vraag Er staat een fout in de uitspraak.