
Commissie: Zelfstandige Klinieken
Categorie: Zorgvuldigheid
Jaartal: 2020
Soort uitspraak: bindend advies
Uitkomst: ongegrond
Referentiecode:
18973/36574
De uitspraak:
Waar gaat de uitspraak over
De cliënte is niet tevreden over het resultaat van haar cosmetische ingreep (billift), de littekens zijn namelijk niet mooi genezen. De cliënte vindt dat zij onvoldoende is voorgelicht over de behandeling, de mogelijke gevolgen en de nazorg. De zorgaanbieder heeft haar een hersteloperatie aangeboden, maar dit wil zij vanwege de pijn niet. De zorgaanbieder herkent zich niet in de klacht van de cliënte en stelt dat er geen sprake is van onzorgvuldig handelen. De risico’s van de ingreep zijn aan de cliënte uitgelegd en daarnaast heeft zij ermee ingestemd dat een bepaald resultaat niet kan worden gegarandeerd. Dat de cliënte geen gebruik wil maken van een hersteloperatie, komt voor haar eigen rekening en risico. De commissie begrijpt dat de cliënte met een bepaalde verwachting de operatie heeft laten uitvoeren. Echter, de behandelend arts heeft geen resultaatsverplichting en kan een resultaat ook niet garanderen. De commissie oordeelt dat de zorgaanbieder wat betreft de behandeling en haar informatieplicht tegenover de cliënte niet is tekortgeschoten. De klacht is ongegrond.
Volledige uitspraak
In het geschil tussen
[Naam cliënte], wonende te [woonplaats]
en
Boerhaave Medisch Centrum B.V, gevestigd te Amsterdam (hierna te noemen: de zorgaanbieder).
Behandeling van het geschil
Partijen zijn overeengekomen dit geschil bij bindend advies door de Geschillencommissie Zelfstandige Klinieken (verder te noemen: de commissie) te laten beslechten.
De commissie heeft kennis genomen van de overgelegde stukken.
De cliënte heeft de volgende stukken overgelegd: Het vragenformulier d.d. 28 december 2019; 7 foto’s van voor en na de operatie; het operatieverslag d.d. 13 augustus 2018; haar klachtbrief aan de zorgaanbieder van 28 februari 2020; e-mailcorrespondentie van 15 april 2020; reactie op het verweerschrift d.d. 31 juli 2020.
De zorgaanbieder heeft de volgende stukken overgelegd: het verweerschrift d.d. 28 juli 2020; dupliek d.d. 14 oktober 2020; aanvullende documenten: anamnese, contactmomenten met cliënte, controleverslagen.
Bij brief van 23 juni 2020 heeft het bureau van de commissie aan beide partijen bericht dat de commissie de behandeling van het geschil zal afdoen zonder mondelinge behandeling. De commissie heeft daartoe de bevoegdheid conform haar reglement. Alhoewel daartoe wel in de gelegenheid gesteld, hebben partijen niet aangegeven prijs te stellen op een mondelinge behandeling. Om die reden zijn partijen bij brief van 27 oktober 2020 geïnformeerd over de datum waarop de commissie zal beslissen over het geschil.
De behandeling heeft plaatsgevonden op 19 november 2020.
Onderwerp van het geschil
De cliënt is niet tevreden over het resultaat van een plastisch chirurgische behandeling en stelt dat zij onvoldoende is voorgelicht over de behandeling.
Standpunt van de cliënt
Voor het standpunt van de cliënt verwijst de commissie naar de overgelegde stukken. In de kern komt het standpunt op het volgende neer.
Klacht 1: resultaat van de behandeling.
Cliënte is niet tevreden over het resultaat van de medische behandeling.
Op 22 juni 2018 is cliënte op consult geweest voor advies over een cosmetische ingreep (billift). De plastisch chirurg overtuigde haar dat het resultaat van de behandeling heel mooi zou worden. Gezien het litteken van cliënte van haar keizersnede, zouden de littekens van de billift mooi genezen. Cliënte zou na de operatie nog twee weken last hebben van napijn en daarna zou zij haar werk kunnen hervatten.
Cliënte heeft op 13 augustus 2018 de operatie ondergaan en daarna erg veel pijn gehad. Zij heeft twee maanden ziekteverlof moeten opnemen.
Op 20 augustus 2018 kreeg cliënte bij de eerste controle een littekencrème mee. Op 17 januari 2019 heeft cliënte, bij de tweede controle bij de plastisch chirurg, haar beklag gedaan omdat zij niet tevreden was met het resultaat. De plastisch chirurg heeft bevestigd dat het resultaat niet mooi was geworden; ze had niet verwacht dat de huid zo zou reageren op de operatie. De nieuwe foto’s lieten zien dat de operatie geen verbetering had opgeleverd. De plastisch chirurg adviseerde cliënte om volgend jaar terug te komen voor bilimplantaten. De littekens hadden nog wat meer tijd nodig om te genezen.
Klacht 2: voorlichting.
Cliënte stelt dat zij onvoldoende en onjuist is geïnformeerd over de mogelijke gevolgen van deze operatie: zij is niet geïnformeerd over de grootte van de littekens, over het niet behalen van het beloofde eindresultaat, over het revalidatieproces, over het dragen van een compressiebroek, over de hevige te verwachten pijn en over de termijn waarna zij weer zou kunnen werken. Cliënte betwist dat zij een tweede consult heeft gehad met een consulente over de algemene zaken rondom de behandeling. De operatiedatum is direct gepland na het eerste consult in verband met de drukke werkzaamheden van de plastisch chirurg. Tijd voor een weloverwogen besluit is er niet geweest. Uiteraard heeft de cliënte de informatie op de website van de zorgaanbieder vooraf grondig gelezen. Echter op de site waren geen foto’s van billiften te vinden en ook staan er geen bevindingen op van personen die deze behandeling hebben ondergaan.
Het informed consent formulier is pas één uur voor de operatie aan haar overhandigd. Zij moest dit tekenen beneden in de wachtkamer waar nog meer mensen zaten te wachten en daarna werd zij opgehaald door een verpleegster die haar naar de zaal bracht. Op dat moment was zij heel nerveus en kon zij voor haar gevoel niet meer terug.
Cliënte heeft, nadat zij haar klacht had voorgelegd aan de zorgaanbieder, een aanbieding gekregen om een nieuwe operatie te laten uitvoeren om de littekens te herstellen tegen betaling van € 500,– waarbij niet kan worden gegarandeerd dat het resultaat verbetert maar er wel een kans is dat de littekens wat mooier worden. De zorgaanbieder heeft, in tegenstelling tot hetgeen de plastisch chirurg haar had verteld, ook aangegeven dat zij geen operaties met bilimplantaten uitvoert. Cliënte wil geen hersteloperatie laten uitvoeren omdat het resultaat niet kan worden gegarandeerd en zij niet opnieuw aan de pijn wil worden blootgesteld. Cliënte heeft geweigerd om nog nadere gesprekken te voeren met de zorgaanbieder. Alle opties over een verdere behandeling zijn al besproken en het had geen zin meer om nogmaals voor een derde keer langs te komen.
Cliënte eist van de zorgaanbieder restitutie van het factuurbedrag ad € 4.100,– en een schadevergoeding vanwege blijvende schade en (geleden) leed: zij heeft blijvende grove littekens boven twee hangende slappe billen en is genoodzaakt om een littekencorrectie te laten uitvoeren via lasertechnieken.
Standpunt van de zorgaanbieder
Voor het standpunt van de zorgaanbieder verwijst de commissie naar de overgelegde stukken. In de kern komt het standpunt op het volgende neer.
De zorgaanbieder herkent zich in het geheel niet in de door cliënte in het klachtformulier en de bijlagen beschreven gang van zaken en deze wordt dan ook uitdrukkelijk betwist. Met name herkent zij zich niet in de vermeende aan cliënte gedane mededelingen terzake het mogelijke resultaat van de ingreep of de littekens. Evenmin zijn uitspraken gedaan over het bereikte resultaat. In dat verband wijst de zorgaanbieder erop dat het een feit van algemene bekendheid is, dat verschillende percepties blijken te kunnen bestaan tussen klager en aangeklaagde over wat zich feitelijk heeft voorgedaan. Indien dat aan de orde is en het standpunt van de één niet meer aannemelijk is dan het standpunt van de ander, moet een door de klagende partij gestelde gebeurtenis volgens vaste jurisprudentie van het Centraal Tuchtcollege als niet bewezen worden beschouwd.
In casu is door zorgaanbieder juist aan cliënte voorgehouden dat aan de bij haar te verrichten medische ingreep risico’s verbonden waren. Dat cliënte daarvoor gewaarschuwd is blijkt uit informatie op de website: Risico’s en complicaties Billift: “Het is belangrijk dat u zich realiseert dat iedere chirurgische ingreep risico’s en complicaties met zich mee kan brengen. Bij plastisch chirurgische ingrepen gaat het in principe om gezonde mensen en zijn de risico’s en de kans op complicaties gering. Gelukkig is de kans dat complicaties optreden zeldzaam. U kunt helpen bepaalde risico’s te verkleinen door de instructies die u heeft meegekregen voorafgaand aan uw billifting goed op te volgen. Enkele mogelijke complicaties van een billift kunnen zijn: • Hematoom (een ophoping van bloed onder de huid die de verwijdering vereist) • Negatieve reactie op de verdoving • Nabloeding • Infectie • Gevoelsverandering • Blijvende littekens • Schade aan onderliggende structuren • Onbevredigend esthetisch resultaat”. Dat cliënte gewaarschuwd is blijkt ook uit het dossier. Bovendien heeft cliënte er, door het plaatsen van haar handtekening onder het informed consentformulier, uitdrukkelijk mee ingestemd dat een bepaald resultaat niet kon worden gegarandeerd.
Cliënte heeft geen concrete stellingen ingenomen waaruit zou kunnen worden afgeleid wat zorgaanbieder nu precies verkeerd zou hebben gedaan en welk handelen dan wel nalaten zorgaanbieder daarvoor in de plaats had moeten stellen. Zodoende betwist zorgaanbieder dat jegens cliënte onzorgvuldig is gehandeld. De zorgaanbieder is zowel tijdens de consulten als de ingreep zorgvuldig te werk gegaan. Bovendien meent de zorgaanbieder dat zij aantoonbaar haar uiterste best heeft gedaan om cliënte alsnog een passende (en kosteloze) oplossing aan te bieden. Dat cliënte zelf heeft besloten om daarvan geen gebruik te maken, komt voor haar eigen rekening en risico.
Alles overziend stelt zorgaanbieder zich op het standpunt dat geen sprake is geweest van onzorgvuldig handelen zodat geen aanleiding bestaat tot restitutie van het factuurbedrag en/of vergoeding van de niet nader geconcretiseerde of onderbouwde schade. Zodoende verzoekt zorgaanbieder de commissie de klacht en het verzoek tot schadevergoeding af te wijzen.
Beoordeling van het geschil
De cliënte en de zorgaanbieder hebben met elkaar een behandelingsovereenkomst in de zin van artikel 7:446 van het Burgerlijk Wetboek (BW) gesloten. Naast hetgeen partijen in die overeenkomst hebben afgesproken, gelden tussen hen – voor zover in het concrete geval van toepassing – de bepalingen van dat wetboek.
Voor aansprakelijkheid van de zorgaanbieder is vereist dat voldoende aannemelijk is dat de zorgaanbieder, dan wel ieder die werd ingeschakeld bij de uitvoering van de voor de zorgaanbieder uit de overeenkomst voortvloeiende verplichting, is tekortgeschoten in de uitvoering van die verplichting. De tekortkoming moet aan de zorgaanbieder kunnen worden verweten (toerekenbare tekortkoming) en cliënte moet daarvan nadeel hebben ondervonden.
Op grond van de geneeskundige behandelingsovereenkomst moet de zorgaanbieder bij zijn werkzaamheden de zorg van een goed hulpverlener in acht nemen en daarbij handelen in overeenstemming met de op hem rustende verantwoordelijkheid, voortvloeiende uit de voor hulpverleners geldende professionele standaard (artikel 7:453 BW). Deze zorgplicht houdt in dat de zorgaanbieder die zorg moet betrachten die een redelijk bekwaam en redelijk handelend hulpverlener in dezelfde omstandigheden zou hebben betracht.
De verplichting die voor een hulpverlener (in dit geval de zorgaanbieder) voortvloeit uit een geneeskundige behandelingsovereenkomst wordt in beginsel niet aangemerkt als een resultaatsverplichting, waarbij de hulpverlener moet instaan voor het bereiken van een bepaald resultaat, maar als een inspanningsverplichting, waarbij de hulpverlener zich verplicht zich voor het bereiken van een bepaald resultaat in te spannen. De reden hiervoor is dat het bij een geneeskundige behandeling meestal niet mogelijk is een bepaald resultaat te garanderen, omdat het menselijk lichaam in het (genezings-)proces een ongewisse factor vormt; zelfs bij onberispelijk medisch handelen kan het beoogde resultaat uitblijven. Van een tekortkoming kan dan ook pas worden gesproken indien komt vast te staan dat de hulpverlener zich onvoldoende heeft ingespannen of bij de inspanning een fout heeft gemaakt.
De commissie overweegt als volgt.
Klacht 1. Resultaat van de behandeling.
Voorop dient te worden gesteld dat de enkele omstandigheid dat de operatie van 13 augustus 2018 voor cliënte niet tot het uiteindelijk beoogde resultaat heeft geleid, niet de conclusie rechtvaardigt dat de behandelend arts niet heeft gehandeld overeenkomstig hetgeen van een redelijk handelend en redelijk bekwaam arts mag worden verwacht. Immers op de arts rust slechts een inspanningsverplichting.
De commissie is niet gebleken dat door de zorgaanbieder niet conform de gangbare medische professionele standaard inzake plastische chirurgie is gehandeld. Voorts is niet gebleken dat de arts bij de overeengekomen behandeling zich onvoldoende heeft ingespannen en/of bij die inspanning een fout heeft gemaakt.
Klacht 2. Voorlichting.
Naar het oordeel van de commissie is voldoende aannemelijk geworden dat de cliënte adequaat is geïnformeerd over haar behandeling en de risico’s en complicaties.
De commissie stelt uit de overgelegde stukken vast dat cliënte op 22 juni 2018 een consult heeft gehad met de plastisch chirurg en aansluitend aan dit gesprek een consult met de consulente waarin haar voorlichting is gegeven over de gewenste behandeling.
In het medisch dossier over het consultgesprek van 22 juni 2018 staat vermeld dat cliënte door de plastisch chirurg is gewezen op de algemene risico’s: “Infectie, blijvende ontsierende littekens/keloïd, wonddehiscentie, nabloeding/hematoom/seroom/zwelling, vetnecrose, geen garantie/perfectie, pijn, sensibiliteitsstoornissen, reactie op het hechtmateriaal en/of pleisters, onbevredigend esthetisch resultaat, asymmetrie. Liposuctie: Onregelmatigheden, slappe huid, cellulitis”.
Ook op de website van de zorgaanbieder staan onder de paragraaf billift uitdrukkelijk de risico’s en eventuele complicaties vermeld. Cliënte heeft aangegeven dat zij deze website vooraf heeft bekeken.
Daarnaast heeft de cliënte het informed consent formulier vlak voor de behandeling getekend. In de behandelingsovereenkomst staat onder meer: “Hij/zij verklaart naar aanleiding van deze raadpleging het volgende: (…) 2. Van tevoren de huisarts over de noodzaak van de gevraagde behandeling te hebben geraadpleegd, of in elk geval de noodzaak zelf goed te hebben overwogen; 3. Volledig op de hoogte te zijn gebracht door de behandelend arts van de risico’s die aan een dergelijke ingreep verbonden zijn en begrepen te hebben dat er bij de operatie complicaties kunnen optreden zoals nabloeding, infecties, littekenvorming: 4. Te beseffen dat het functioneel en/of cosmetisch resultaat, als ook symmetrie bij dubbelzijdige ingrepen, ondanks het feit dat de behandeling met zorgvuldigheid en volgens de regels der kunst wordt uitgevoerd, van tevoren niet kan worden gegarandeerd en dat ontevredenheid met het esthetisch resultaat geen verplichting oplevert voor het medisch centrum om een tweede behandeling uit te voeren anders dan tegen de daarvoor geldende tarieven (…)”. De commissie oordeelt dat het feit dat dit formulier vlak voor de operatie is ondertekend hier niet aan afdoet nu vast staat dat cliënte van deze informatie eerder heeft kennisgenomen en het ondertekenen van het formulier kan worden beschouwd als een bevestiging hiervan.
Conclusie
De commissie begrijpt dat cliënte met een bepaalde verwachting de operatie heeft laten uitvoeren. Echter de behandelend arts heeft geen resultaatsverplichting en kan een resultaat ook niet garanderen.
De commissie is samenvattend van oordeel dat de kliniek zowel ten aanzien van de behandeling als ten aanzien van haar informatieplicht in de nakoming van haar verbintenis tegenover de cliënte niet is tekortgeschoten. Op grond van het voorgaande is de commissie van oordeel dat de klacht ongegrond is.
Voor aanspraak op materiële schadevergoeding is ten minste vereist dat de zorgaanbieder in enig opzicht toerekenbaar is tekortgeschoten in de nakoming van de behandelingsovereenkomst. Van een toerekenbare tekortkoming is hier echter geen sprake zodat de vordering tot schadevergoeding dient te worden afgewezen.
Derhalve wordt als volgt beslist.
Beslissing
De commissie verklaart de klacht ongegrond en wijst de door cliënte verlangde schadeloosstelling af.
Overeenkomstig het reglement van de commissie is de zorgaanbieder aan de commissie behandelingskosten verschuldigd
Aldus beslist door de Geschillencommissie Zelfstandige Klinieken, bestaande uit mevrouw mr. P.W.M. de Wolf MSM, voorzitter, de heer dr. J.F.A. van der Werff, de heer J. Zomerplaag, leden, in aanwezigheid van mevrouw mr. W. Hartong van Ark, secretaris, op 19 november 2020.