Commissie: Uiterlijke verzorging
Categorie: Haarverzorging
Jaartal: 2016
Soort uitspraak: -
Uitkomst: -
Referentiecode:
94635
De uitspraak:
Onderwerp van het geschil
Het geschil vloeit voort uit een op 3 april 2015 tussen partijen totstandgekomen overeenkomst. De ondernemer heeft zich daarbij verplicht tot het verrichten van overeengekomen werkzaamheden tegen de daarvoor door de consument te betalen prijs van € 25,–.
De overeenkomst is uitgevoerd op of omstreeks 3 april 2015.
Standpunt van de consument
Het standpunt van de consument luidt in hoofdzaak als volgt.
Het haarwerk is te kort geknipt. Ik heb duidelijk aangegeven geen pony te willen en geen haar in het gezicht te willen. Desondanks heeft de ondernemer toch een pony getracht te knippen. Het haar kan niet meer gedragen worden met een band en ook niet meer opgestoken of gestyled worden. Ik ben nauwelijks meegenomen in het knipproces. Ik wilde het zelfde type kapsel als het kapsel dat ik gewoonlijk droeg. Het uiteindelijke kapsel is totaal anders. Ik verlang een vergoeding van € 1117,10.
Standpunt van de ondernemer
Het standpunt van de ondernemer luidt in hoofdzaak als volgt.
Ik heb op uitdrukkelijk verzoek van de consument de werkzaamheden bij haar thuis uitgevoerd nadat wij de voren het type kapsel hadden besproken. Mijn voorkeur ging er naar uit de werkzaamheden in mijn zaak uit te voeren, maar dat wilde de consument per se niet. De consument wilde duidelijk een andere dan ze gewend was. Ik heb precies uitgevoerd wat we waren overeengekomen en ik hield consument op de hoogte van de voortgang. Er waren geen spiegels, maar de consument wilde niet bij mij op de zaak komen. De foto’s met bovenschrift “verkeerd geknipte gebruik“ betreffen pertinent niet de pruik die ik geknipt heb.
Beoordeling van het geschil
De commissie heeft het volgende overwogen.
Op grond van de stukken en het verhandelde ter zitting is de commissie van oordeel dat partijen volstrekt van mening verschillen omtrent hetgeen tussen hen is afgesproken. Naar het oordeel van de commissie heeft de consument onvoldoende aannemelijk gemaakt dat haar lezing ter zake de juiste is. Naar het oordeel van de commissie kan niet worden gezegd dat de ondernemer de tussen partijen gesloten overeenkomst niet deugdelijk is nagekomen. De klacht treft geen doel.
Op grond van het voorgaande is de commissie van oordeel dat de klacht ongegrond is.
Derhalve wordt als volgt beslist.
Beslissing
Het door de consument verlangde wordt afgewezen.
Aldus beslist door de Geschillencommissie Uiterlijke Verzorging op 21 september 2015.