Geen sprake van schending privacy, commissie voor het overige niet bevoegd

De Geschillencommissie Zorg




Commissie: Geestelijke Gezondheidszorg    Categorie: (On) zorgvuldigheidMedisch dossierPrivacy    Jaartal: 2022
Soort uitspraak: bindend advies   Uitkomst: Niet bevoegdongegrond   Referentiecode: 170665/183003

De uitspraak:

Waar gaat de uitspraak?

De cliënt klaagt dat hij werd benaderd door een door hem onbekende behandelaar, terwijl in het intakegesprek was toegezegd dat de behandeling altijd door twee vaste behandelaren zou plaatsvinden. Deze onbekende behandelaar wilde geen BIG-gegevens aan de cliënt verstrekken. Ook klaagt de cliënt over de tolk die de zorgaanbieder voor de zitting van de interne klachtencommissie had geregeld, omdat deze tolk zich niet kon legitimeren. Ook zou de zorgaanbieder tekortschieten in het overhandigen van het dossier aan de huisarts van de cliënt.

Naar het oordeel van de commissie werkt de zorgaanbieder met zogenaamde FACT-teams en het alle behandelaren van dit team hebben toegang tot de dossiers van de cliënten die onder behandeling staan bij het betreffende team. Dit is nodig om de continuïteit van zorg te kunnen waarborgen. De klacht over de privacyschending kan volgens de commissie niet slagen. Ten aanzien van de klacht over de tolk is de commissie niet bevoegd, omdat dit geen gedraging van de zorgaanbieder betreft. Verder heeft de zorgaanbieder toegezegd het dossier van de cliënt de dag na de zitting aan de huisarts te verstrekken.

De uitspraak

in het geschil tussen

[Naam], wonende te [woonplaats] (hierna te noemen: cliënt)

en

Parnassia Groep BV, gevestigd te ‘s-Gravenhage

(hierna te noemen: de zorgaanbieder)

Behandeling van het geschil
Partijen zijn overeengekomen dit geschil bij bindend advies door de Geschillencommissie Geestelijke Gezondheidszorg (verder te noemen: de commissie) te laten beslechten.

De commissie heeft kennisgenomen van de overgelegde stukken.

De behandeling heeft plaatsgevonden op 19 december 2022 te Den Haag.

Partijen zijn tijdig en behoorlijk opgeroepen ter zitting te verschijnen. Cliënt is verschenen. Namens de zorgaanbieder zijn verschenen [naam] en [naam]. De partijen hebben hun standpunten nader toegelicht.

Onderwerp van het geschil
Het geschil betreft de wijze van zorgverlening door de zorgaanbieder aan cliënt, de wijze waarop de zorgaanbieder is omgegaan met het opvragen van stukken door cliënt en de wijze waarop de hoorzitting is verlopen naar aanleiding van de interne klachtenprocedure.

Standpunt van cliënt
Voor het standpunt van cliënt verwijst de commissie naar de overgelegde stukken en hetgeen op de zitting naar voren is gebracht. In de kern komt dit op het volgende neer.

Cliënt is sinds 2020 cliënt bij de zorgaanbieder en had altijd contact met zijn vaste (regie)behandelaars. Op 16 februari 2022 had hij een afspraak staan met één van zijn behandelaren. Cliënt was op de hoogte van de afwezigheid van zijn andere behandelaar. De regiebehandelaar van cliënt was niet afwezig. Vervolgens kreeg cliënt op 8 februari 2022 een sms-bericht van een hem onbekende behandelaar voor een afspraak op 9 februari 2022. Cliënt heeft meermalen aangekaart dat hij niet met iedereen praat over zijn gezondheidsprobleem en dat hij gesloten is. Tijdens het intakegesprek is hem verteld dat de behandeling altijd door de twee vaste behandelaren zou plaatsvinden. Hij was erg geschrokken van eerdergenoemde sms-bericht en moest zijn activiteiten van die dag direct stopzetten. Cliënt is van oordeel dat hij in zijn privacy is aangetast.

Cliënt voert verder aan dat hij navraag heeft gedaan naar de BIG-registratie van de behandelaar met wie hij de afspraak op 9 februari 2022 had en dat de behandelaar niet wilde aantonen dat hij een BIG-registratie heeft. Cliënt wilde controleren of desbetreffende behandelaar daadwerkelijk verpleegkundige is.

Cliënt klaagt daarnaast over de tolk die de zorgaanbieder – na een verzoek daartoe van cliënt – heeft opgeroepen. De tolk heeft zich bij de hoorzitting van de interne klachtencommissie niet kunnen legitimeren terwijl dit verplicht is. Door deze tolk op te roepen is de zorgaanbieder te kort geschoten in zijn zorgplicht.

Cliënt heeft naar aanleiding van het incident op de zitting van de interne klachtencommissie zijn dossier opgevraagd bij de zorgaanbieder. Hij wilde dat de zorgaanbieder zijn dossier zo snel mogelijk overhandigde aan de huisarts van cliënt. De huisarts wacht sinds april 2022 op het dossier. Cliënt is van oordeel dat de zorgaanbieder te kort schiet in het verstrekken van zijn dossier aan de huisarts.

Cliënt verzoekt gelet op het voorgaande een immateriële schadevergoeding van € 25.000,– en een terugbetaling van de factuurbedragen van € 6.099,45 die de zorgverzekeraar van cliënt heeft betaald.

Standpunt van de zorgaanbieder
Voor het standpunt van de zorgaanbieder verwijst de commissie naar de overgelegde stukken en hetgeen op de zitting naar voren is gebracht. In de kern komt dit op het volgende neer.

Klacht schending privacy
Cliënt is in behandeling bij een zogenoemd FACT-team. Een FACT-team is een team dat cliënten behandelt en begeleidt met ernstige psychiatrische aandoeningen en die problemen hebben op andere levensterreinen en bestaat uit meerdere medewerkers die expertise hebben op verschillende gebieden zodat de problematiek van cliënten op de verschillende terreinen kan worden aangepakt.

De behandelaren die cliënt in principe behandelden waren (langdurig) afwezig. In de agenda van één van deze behandelaren stond een afspraak met cliënt op 9 februari 2022. Vervolgens heeft een andere behandelaar uit het FACT-team aangeboden de afspraak over te nemen. Het was de bedoeling van die behandelaar cliënt te informeren over de afwezigheid van zijn behandelaren en met hem te overleggen hoe de behandeling verder opgepakt moest worden. Het is standaardprocedure dat cliënten op de dag voorafgaand aan de afspraak een sms-bericht krijgen. Het betreffen automatisch gegenereerde berichten.

Op 8 februari 2022 heeft cliënt dus de sms ontvangen. Cliënt heeft vervolgens telefonisch contact opgenomen met de behandelaar die de afspraak zou overnemen. Uit dat gesprek bleek dat de behandelaar de zorgkaart van cliënt had bekeken, hetgeen cliënt als aantasting op zijn recht op privacy heeft ervaren. De zorgaanbieder vindt het recht op privacy een belangrijk recht en gaat zorgvuldig om met gegevens van cliënten. Dit komt tot uiting in het autorisatiebeleid van de zorgaanbieder. Slechts de medewerkers die betrokken zijn bij de behandeling van een cliënt krijgen autorisatie voor het dossier van die cliënt. Alle medewerkers van het FACT-team krijgen toegang tot het dossier van een cliënt die onder behandeling staat van het desbetreffende team. Die toegang is noodzakelijk gelet op de werkwijze van de teams. Cliënten zijn van deze gang van zaken op de hoogte.

De behandelaar die de afspraak van 9 februari 2022 zou overnemen heeft op de zorgkaart van cliënt gekeken om een globaal beeld te krijgen van cliënt voor het telefoongesprek. Nadat cliënt kenbaar had gemaakt dat hij het niet op prijs stelde een afspraak met een hem onbekende behandelaar te hebben heeft de behandelaar geen andere documenten uit het dossier van cliënt geopend. De zorgaanbieder is gelet op het voorgaande van oordeel dat er geen inbreuk is gemaakt op de privacy van cliënt en verzoekt de commissie de klacht ongegrond te verklaren.

Klacht met betrekking tot de tolk
De zorgaanbieder is, ten aanzien van de klacht van cliënt dat de zorgaanbieder te kort is geschoten met betrekking tot de tolk, van oordeel dat de commissie niet bevoegd is hierover een oordeel te vellen. De commissie kan op grond van artikel 19 lid 1 van de Wet kwaliteit, klachten en geschillen zorg slechts een gedraging van een zorgaanbieder jegens een cliënt behandelen. In dit geval gaat het om een klacht van cliënt tegen de tolk.

Mocht de commissie zich bevoegd achten dan is de zorgaanbieder van oordeel dat cliënt niet kan worden ontvangen in deze klacht omdat hij niet eerst een klacht heeft ingediend bij de interne klachtencommissie van de zorgaanbieder hetgeen op grond van artikel 6 lid 1 onder a van het Reglement van de commissie vereist is. Meer subsidiair heeft de zorgaanbieder aangevoerd dat de zorgaanbieder zich voldoende heeft ingespannen bij het regelen van de tolk. Dat de tolk zich niet met een tolkenpas kon legitimeren kan de zorgaanbieder niet worden aangerekend.

Klacht aangaande het verstrekken van het dossier
De zorgaanbieder is primair van oordeel dat cliënt niet kan worden ontvangen in de klacht ten aanzien van het verstrekken van het dossier aan de huisarts. Cliënt heeft deze klacht niet eerst aan de interne klachtencommissie van de zorgaanbieder voorgelegd. Subsidiair voert de zorgaanbieder aan dat het aanvraagformulier (voor het verstrekken van het dossier) waar cliënt op wijst in zijn klacht bij de zorgaanbieder niet bekend is. De zorgaanbieder is echter wel van oordeel dat – gelet op het aanvraagformulier – het dossier verstrekt kan worden aan de huisarts en heeft op de zitting bij de commissie toegezegd het dossier spoedig, voor 24 december 2022, aan de huisarts te verstrekken.

Beoordeling van het geschil
Naar aanleiding van het over en weer door partijen gestelde overweegt de commissie het volgende.

De commissie is van oordeel dat de eerste deelklacht betreffende de schending van de privacy van client niet kan slagen. De zorgaanbieder werkt met zogenoemde FACT-teams, hetgeen gebruikelijk is binnen de psychiatrie. De medewerkers die binnen een dergelijk FACT-team werkzaam zijn dienen toegang te hebben tot het dossier van cliënten die onder behandeling staan van het desbetreffende team. Dit is noodzakelijk om de zorg te kunnen waarborgen. Die noodzakelijkheid blijkt in dit geval ook nu twee van de vaste behandelaren van cliënt (langdurig) afwezig waren. De commissie kan niet vaststellen of de werkwijze van FACT-teams is besproken met cliënt, maar merkt ten overvloede op dat cliënten op de hoogte dienen te worden gesteld van de werkwijze van een FACT-team en dat het wenselijk is dat ook vastgelegd wordt dat dit besproken is met een cliënt.

De commissie acht zich ten aanzien van de deelklacht met betrekking tot de tolk onbevoegd. De klacht betreft de omstandigheid dat de tolk geen tolkenpas dan wel identiteitsbewijs kon overleggen toen hij arriveerde bij de hoorzitting van de interne klachtencommissie. Dit is niet een omstandigheid waarover de commissie kan oordelen nu het geen gedraging van de zorgaanbieder jegens cliënt betreft. Dat de zorgaanbieder degene is geweest die de tolk op verzoek van cliënt geregeld heeft maakt dit niet anders. Ten overvloede merkt de commissie op dat cliënt ook niet had kunnen worden ontvangen in deze deelklacht omdat de klacht niet eerst aan de interne klachtencommissie is voorgelegd.

De commissie stelt tot slot vast dat de deelklacht met betrekking tot het verstrekken van het dossier op de zitting is afgehandeld: de zorgaanbieder heeft toegezegd het dossier van cliënt zo spoedig mogelijk, uiterlijk 24 december 2022, te zullen verstrekken aan de huisarts van cliënt. De commissie hoeft hierover dus niet meer te beslissen.

Derhalve wordt als volgt beslist.

Beslissing
De commissie:

verklaart zich onbevoegd ten aanzien van de deelklacht met betrekking tot de tolk;

verklaart de deelklacht met betrekking tot de privacy ongegrond;

wijst het door cliënt verzochte af.

Aldus beslist door de Geschillencommissie Geestelijke Gezondheidszorg, bestaande uit mevrouw mr. A.D.R.M. Boumans, voorzitter, mevrouw drs. F. Zwanepol en de heer mr. R.P. Gerzon, leden, in aanwezigheid van de heer mr. N. van Gelder, plaatsvervangend secretaris, op 19 december 2022.