De ondernemer heeft door de staar niet te zien en een laserbehandeling was uitgesloten, een fout gemaakt.

  • Home >>
  • Optiek >>
De Geschillencommissie Zorg
Print Friendly, PDF & Email




Commissie: Optiek    Categorie: Aansprakelijkheid ondernemer    Jaartal: 2013
Soort uitspraak: -   Uitkomst: -   Referentiecode: OPT06-0027

De uitspraak:

Onderwerp van het geschil   Het geschil vloeit voort uit een op 25 maart 2006 door de ondernemer aan de consument gegeven advies tegen de daarvoor door de consument te betalen prijs van € 75,–.   De consument heeft op 22 augustus 2006 de klacht voorgelegd aan de ondernemer.   Standpunt van de consument   Het standpunt van de consument luidt in hoofdzaak als volgt.   Op 25 maart 2006 heb ik een prescan laten doen voor een laserbehandeling van mijn ogen in Istanbul. Deze scan is uitgevoerd door de optometrist, [naam optometrist]. Hij was van mening dat mijn ogen er optimaal uitzagen voor een dergelijke behandeling. In het oogziekenhuis in Istanbul werd op 18 augustus 2006 bij mij cataract geconstateerd en ik kon niet gelaserd worden. Na een second opinion in het oogziekenhuis te Rotterdam op 3 oktober 2006 werd cataract bevestigd. Ik heb onder meer de ondernemer toen aansprakelijk gesteld voor alle kosten door mij gemaakt, namelijk € 2.775,15, omdat ik deze onnodig heb gemaakt. De ondernemer begreep het niet en bood een tweede onderzoek aan. Ik ben op 10 november 2006 bij de ondernemer geweest en [namen werknemers] hebben mij onderzocht en constateerden slechts een luchtbelletje. Diezelfde middag heb ik mij nog laten onderzoeken door een andere optometrist en deze constateerde een duidelijke vertroebeling van het netvlies en zij vond een staaroperatie terecht.   Ter zitting heeft de consument verder nog – in hoofdzaak – het volgende aangevoerd.   Inmiddels heb ik aan mijn beide ogen een staaroperatie ondergaan. Het schadebedrag bestaat naast mijn eigen kosten ook uit de reis- en verblijfkosten alsmede de verletkosten van mijn dochter. De kosten van mijn dochter bedroegen in totaal € 1.250,–.   De consument verlangt een schadevergoeding van € 2.775,15.   Standpunt van de ondernemer   Het standpunt van de ondernemer luidt in hoofdzaak als volgt.   De consument is door ons onderzocht op 25 maart 2006. Wij zagen geen bijzonderheden aan haar ogen en haar gezichtsscherpte bedroeg OD 0.85/OS 0.8. Bij onderzoek in Turkije bleek op 18 augustus 2006 ( 5 maanden later) dat er sprake was van vermoedelijke cataract met een gezichtsscherpte van ODS 0.6. Dit was dus een significante visusdaling. Wij hebben de consument in oktober 2006 nogmaals onderzocht. Wij constateerden een lichte lensvertroebeling ODS, maar onvoldoende aanwijzingen om de consument door te verwijzen naar een oogarts voor een cataractoperatie. Een mogelijke oorzaak die wij kunnen bedenken is het feit dat bijwerkingen van het door de consument gebruikte medicijn, zijnde Seroxat, in haar specifieke situatie een rol heeft gespeeld bij de progressieve ontwikkeling van de cataract. De consument kwam bij ons zonder historie vooraf. Wij beschikten dus niet over gezichtsscherpten uit eerdere metingen. Zij had op dat moment geen visusklachten.   De consument is door een andere optometriste onderzocht. Wij nemen de mening van deze optometriste als minder waardevol vanwege het feit dat zij in praktische zin nauwelijks tot geen optometrische handelingen meer uitvoert. De vraag blijft of een bedrijf als het onze verantwoordelijk moet zijn voor het afzeggen van een cosmetische ingreep, waarbij de klant om zuiver financiële redenen verkiest om zich in het verre buitenland te laten behandelen. Wij geven een vrijblijvend advies aan de klant en mogen geen bindende uitspraak doen over het uitvoeren van de ingreep of waar de ingreep wordt uitgevoerd. De consument heeft dan ook bewust een document ondertekend, waarin onder meer staat: ‘ dat u bekend bent met het feit en akkoord gaat met de beslissing van de behandelend oogarts, die om diverse redenen kan besluiten om u niet te behandelen’. Juist om langdurige discussies te voorkomen hebben wij aangeboden om de aan ons gemaakte kosten volledig te vergoeden.   Beoordeling van het geschil   De commissie heeft het volgende overwogen.   De ondernemer heeft op 25 maart 2006 en evenmin in oktober 2006 cataract geconstateerd. Daarentegen heeft de oogarts in Istanbul wel cataract bij de consument vastgesteld, hetgeen op 3 oktober 2006 door een oogarts in het oogziekenhuis te Rotterdam werd bevestigd. Bovendien heeft de consument inmiddels een staaroperatie ondergaan aan beide ogen. Op basis van deze feiten komt de commissie tot het oordeel dat de consument reeds op 25 maart 2006 cataract had. Immers, ook de ondernemer heeft geen verklaring voor de significante visusdaling behalve dan het gebruik van het medicijn Seroxat. De ondernemer laat na zijn stelling dat een progressieve ontwikkeling van cataract te wijten is aan dat medicijngebruik te onderbouwen.   Aan de opmerking van de ondernemer, dat oogartsen als gevolg van commerciële druk staaroperaties verrichten, om daarmee aan te geven, dat de consument wellicht geen staar had, gaat de commissie voorbij bij gebreke van enige onderbouwing van de kant van de ondernemer. Voor het geval de ondernemer heeft willen betogen dat hij niet aansprakelijk is voor het niet onderkennen van staar bij de consument bij gebreke van gezichtsscherpten uit eerdere metingen, verwerpt de commissie dat betoog. Zo dergelijke metingen nodig waren geweest voor beoordeling van de ogen van de consument voor een laserbehandeling, had het op weg gelegen van de ondernemer die metingen te vragen dan wel niet tot beoordeling over te gaan.   De commissie komt dan ook tot het oordeel, dat de ondernemer een fout heeft gemaakt door de staar niet te zien, waardoor een laserbehandeling uitgesloten was. De ondernemer is dan ook aansprakelijk voor de schade die de consument heeft opgelopen, bestaande uit onnodig gemaakte kosten. De consument zou niet naar Turkije zijn gegaan bij een staar constatering door de ondernemer. Bovendien wist de ondernemer dat de consument de laserbehandeling zou ondergaan in Turkije. De aansprakelijkheid van de ondernemer wordt naar het oordeel van de commissie niet beperkt in het geval er sprake is van cosmetische ingreep. Voor een dergelijke beperking is geen steun in het recht te vinden. De ondernemer is dan ook aansprakelijk voor alle door de consument gemaakte kosten, behalve voor die van haar dochter. Dit ware anders indien het meereizen van de dochter medisch noodzakelijk zou zijn geweest. Daarvan is niet gebleken. Derhalve is de ondernemer aan de consument verschuldigd een bedrag van € 1.525,15.   Op grond van het voorgaande is de commissie van oordeel dat de klacht gegrond is.   Derhalve wordt als volgt beslist.   Beslissing   De ondernemer betaalt aan de consument een vergoeding van € 1.525,15. Betaling dient plaats te vinden binnen een maand na de verzenddatum van dit bindend advies.   Indien betaling niet tijdig plaatsvindt, betaalt de ondernemer bovendien de wettelijke rente over dit bedrag vanaf de verzenddatum van het bindend advies.   Bovendien dient de ondernemer overeenkomstig het reglement van de commissie een bedrag van € 35,– aan de consument te vergoeden ter zake van het klachtengeld.   Overeenkomstig het reglement van de commissie is de ondernemer aan de commissie als bijdrage in de behandelingskosten van het geschil een bedrag verschuldigd van € 80,–.   De commissie wijst het meer of anders verlangde af.   Aldus beslist door de Geschillencommissie Optiek op 4 juni 2007.