Commissie: Optiek
Categorie: Aansprakelijkheid ondernemer
Jaartal: 2013
Soort uitspraak: -
Uitkomst: -
Referentiecode:
OPT06-0025
De uitspraak:
Onderwerp van het geschil Het geschil vloeit voort uit een op 8 juni 2006 tussen partijen totstandgekomen overeenkomst. De ondernemer heeft zich daarbij verplicht tot het coaten van de glazen van de leesbril van de consument en het verrichten van overeengekomen werkzaamheden tegen de daarvoor door de consument te betalen prijs van € 40,–. De overeenkomst is uitgevoerd op 22 juli 2006. De consument heeft op 22 juli 2006 de klacht voorgelegd aan de ondernemer. Standpunt van de consument Het standpunt van de consument luidt in hoofdzaak als volgt. Op 8 juni 2006 heb ik met de ondernemer (filiaal [plaatsnaam filiaal]) afgesproken mijn gebruikte bril van drie jaar oud te coaten tegen een prijs van € 40,–. Daartoe heb ik die dag mijn gebruikte bril ingeleverd. De glazen waren bij inlevering praktisch onbeschadigd. Als gevolg van het coaten zijn de glazen/bril onbruikbaar geworden. Ik ben hiervoor nooit door de ondernemer gewaarschuwd. De ondernemer heeft mij aangeboden een glas te vergoeden, maar ik wil beide glazen vergoed hebben. Ter zitting heeft de consument verder nog – in hoofdzaak – het volgende aangevoerd. De medewerker van de ondernemer heeft alvorens de bril voor het coaten in te nemen de glazen met een microscoop op krassen bekeken. Er bleken toen geen krassen op de glazen te zitten. Ik ben na het bekijken van de glazen er niet meer voor gewaarschuwd dat het coaten zou kunnen mislukken. De consument verlangt vergoeding van twee brillenglazen. Standpunt van de ondernemer Het standpunt van de ondernemer luidt in hoofdzaak als volgt. De consument heeft in ons filiaal Haarlem-Schalkwijk de glazen van zijn leesbril laten coaten. Bij opdrachtbevestiging is door onze filiaalmanager aangegeven dat een gebruikte bril een probleem kan zijn. Het is namelijk zo dat wanneer er krassen zitten op de bril zullen deze vollopen met coatingmateriaal. Hierdoor wordt het zicht door de bril sterk verminderd en zal het eindresultaat minder fraai ogen. De consument is van mening niet duidelijk geïnformeerd te zijn omtrent deze gevolgen. Aangezien wij altijd gaan voor een tevreden klant heeft de manager desondanks de volgende voorstellen gedaan: – De bril nogmaals opsturen naar de fabrikant; – Een gratis zonnebril; – Eén gratis glas. De consument gaf in het telefoongesprek met de manager aan dat de bril inmiddels drie jaar oud is en dat hij niet tevreden is met de geboden oplossing. Achteraf is gebleken dat de bril inmiddels zes jaar oud is. Desondanks hebben wij ons voorstel gehandhaafd. In het krantenartikel van de ombudsvrouw van het Haarlems Dagblad geeft de consument duidelijk aan wel geïnformeerd te zijn omtrent de gevolgen van coating op een bestaande bril. Ter zitting heeft de ondernemer verder nog – in hoofdzaak – het volgende aangevoerd. De bril bleek achteraf zes jaar oud te zijn en niet drie jaar zoals de consument heeft gezegd. Ik kan niet ontkennen en evenmin bevestigen of de glazen van de bril bij het innemen om te coaten door de medewerker zijn bekeken. We streven er naar om het de klant naar zijn zin te maken. Deskundigenrapport De door de commissie ingeschakelde deskundige heeft blijkens zijn rapport, voorzover thans van belang, het volgende vastgesteld. Beide glazen zijn bruin gekleurd, absorptie circa 65%. De kleur vertoont over het gehele oppervlak voornamelijk langwerpige, donkere vlekken. De kleuring van de glazen heeft dus een zeer onregelmatig effect. Bij doorzicht geven de glazen een onrustig beeld door de dicht op elkaar volgende wisselende omvang van de absorptie. De oppervlakken van beide glazen vertonen geen krassen of andere sporen van gebruik. Evenmin zijn op het montuur zichtbare sporen van een intensief gebruik van de bril te herkennen. Het betreft hier biofocale glazen van kunststof met een waarschijnlijke brekingsindex groter dan 1,5. Bij wat oudere glazen en vooral bij typen van kunststofglazen met een brekingsindex groter dan 1,5 zijn vanwege de amorfe structuur de kleurpigmenten in staat om verschillend diep in de matrix van de polymeren structuur door te dringen. Dit heeft tot gevolg dat de kleurintensiteit van naast elkaar gelegen plaatsen kan verschillen en zodoende ook de absorptie (= donkere naast heldere plaatsen). Ik heb bij drie bekende Nederlandse leveranciers van brillenglazen gevraagd onder welke omstandigheden men daar bereid is om bestaande brillenglazen van kunststof te kleuren. Het antwoord was eensluidend: kleuren van glazen wordt met een brekingsindex groter dan 1,5 niet uitgevoerd en slechts onder het uitdrukkelijk aanvaarden van het risico door de klant wanneer de glazen ouder zijn dan twee jaar. Herstel van de glazen is niet technisch niet mogelijk. Beoordeling van het geschil De commissie heeft het volgende overwogen. De commissie neemt na zorgvuldige bestudering van het rapport het oordeel van de deskundige over. Er is voor de commissie namelijk geen reden aan de juistheid daarvan te twijfelen, te meer daar ook geen van de partijen de inhoud van het rapport heeft bestreden. Uit dit rapport blijkt, dat: – de glazen geen krassen of andere sporen van gebruik vertonen; – de glazen van kunststof zijn met een waarschijnlijke brekingsindex groter dan 1,5; – het kleuren van dergelijke glazen ouder dan twee jaar niet wordt uitgevoerd anders dan onder het uitdrukkelijk aanvaarden van het risico door de klant van het mislukken daarvan; -de kleuring van de glazen van de consument is mislukt. De mislukking van de kleuring van de glazen komt naar het oordeel van de commissie geheel voor rekening en risico van de ondernemer. Weliswaar is aannemelijk geworden dat de glazen bekeken zijn op krassen en op leeftijd als mogelijk risico’s, maar niet op het feit dat er sprake is van kunststof glazen met een waarschijnlijke brekingsindex groter dan 1,5. De commissie begrijpt dat beide laatste factoren cruciaal zijn bij de vraag of kleuring van oude glazen mogelijk is. Op grond van het voorgaande is de commissie van oordeel dat de klacht gegrond is. Derhalve wordt als volgt beslist. Beslissing De ondernemer vervangt kosteloos de glazen met de mislukte kleuring door nieuwe glazen voorzien van de afgesproken coating. Een en ander dient te geschieden binnen een termijn van zes weken na de verzenddatum van dit bindend advies. Partijen dienen elkaar over en weer in de gelegenheid te stellen aan hun verplichtingen uit dit bindend advies te voldoen. Bovendien dient de ondernemer overeenkomstig het reglement van de commissie een bedrag van € 35,– aan de consument te vergoeden ter zake van het klachtengeld. De commissie wijst het meer of anders verlangde af. Aldus beslist door de Geschillencommissie Optiek op 26 februari 2007.