Commissie: Uiterlijke verzorging
Categorie: Huidverzorging
Jaartal: 2017
Soort uitspraak: -
Uitkomst: -
Referentiecode:
106839
De uitspraak:
Onderwerp van het geschil
Het geschil heeft betrekking op een cryo-behandeling.
Standpunt van de consument
Het standpunt van de consument luidt in hoofdzaak als volgt.
Bij ondernemer heb ik een cryo-schoonheidsbehandeling ondergaan waarbij plaatselijk vet gereduceerd zou worden. Ik heb een vooruitbetaling gedaan van € 600,–, omdat ik dan gratis een keer behandeld zou worden. Na een aantal behandelingen bleek geen minimum resultaat te zien. Ook een professional van het bedrijf dat het apparaat heeft geleverd heeft geconstateerd dat de behandeling bij mij geen resultaat had. Ook had ik een proefbehandeling van € 50,– gedaan. Ik wens de helft van de door mij gemaakte kosten, te weten € 325,– terug.
Standpunt van de ondernemer
Het standpunt van de ondernemer luidt in hoofdzaak als volgt.
De consument heeft bij ons een traject behandelingen ondergaan om haar bovenarmen slanker te maken. Erkend moet worden dat de behandeling in dit geval geen resultaat heeft gehad.
Geld terug geven is in verband met de regels in mijn salon geen optie. In het kader van een schikking heb ik een bedrag van € 250,– aangeboden.
Beoordeling van het geschil
De commissie heeft het volgende overwogen.
Op grond van de stukken en het verhandelde ter zitting is de commissie van oordeel dat de tussen partijen gesloten overeenkomst enerzijds niet kan worden aangemerkt als een resultaatsverbintenis in die zin dat de ondernemer aan de consument enige mate van vetreductie zou hebben gegarandeerd, maar anderzijds heeft de ondernemer nagelaten om de eerste behandelingen te monitoren, waardoor later dan had gemoeten, is geconstateerd dat de behandelingen geen effect hadden. Onder de gegeven omstandigheden maakt de consument naar het oordeel van de commissie op goede gronden aanspraak op restitutie van de helft van het bedrag dat zij aan de ondernemer heeft betaald voor een niet succesvolle behandeling.
Op grond van het voorgaande is de commissie van oordeel dat de klacht gegrond is.
Derhalve wordt als volgt beslist.
Beslissing
De ondernemer betaalt aan de consument een vergoeding van € 325,–. Betaling dient plaats te vinden binnen een maand na de verzenddatum van dit bindend advies.
Bovendien dient de ondernemer overeenkomstig het reglement van de commissie een bedrag van € 52,50 aan de consument te vergoeden ter zake van het klachtengeld.
Overeenkomstig het reglement van de commissie is de ondernemer aan de commissie als bijdrage in de behandelingskosten van het geschil een bedrag verschuldigd van € 100,–.
Aldus beslist door de Geschillencommissie Uiterlijke Verzorging op 7 februari 2017.