Brandwonden na IPL-laserbehandeling door onzorgvuldig handelen ondernemer

De Geschillencommissie Zorg




Commissie: Uiterlijke verzorging    Categorie: (On) zorgvuldigheid    Jaartal: 2021
Soort uitspraak: bindend advies   Uitkomst: gegrond   Referentiecode: 115007/128468

De uitspraak:

Waar gaat de uitspraak over

De consument heeft bij de ondernemer een IPL-laserbehandeling ondergaan. Kort na de behandeling ontstonden er rode plekken, volgens de huisarts van de consument waren dit brandwonden en pigmentvlekken die mogelijk pas na een jaar herstellen. Dit is erger dan de mogelijke risico’s die in de algemene voorwaarden beschreven staan. De consument eist een schadevergoeding. Volgens de ondernemer is de behandeling goed en zorgvuldig uitgevoerd en zijn er bij dit type behandeling altijd risico’s. De huid was na de behandeling helemaal heel en de ondernemer vermoedt dat de plekken zijn ontstaan omdat de consument, tegen haar advies in, de huid heeft blootgesteld aan de zon. De commissie oordeelt dat het niet mag voorkomen dat na deze behandeling sprake is van brandwonden. Dat kan alleen het gevolg zijn van het handelen van de behandelaar of de apparatuur en mag niet voorkomen. Dat de plekken later pas zichtbaar werden, is waarschijnlijk gekomen doordat de huid tijdens de behandeling gekoeld werd. Het is aannemelijk dat de plekken het gevolg zijn van onzorgvuldig en onjuist handelen van de ondernemer. De klacht is gegrond.

Volledige uitspraak

Onderwerp van het geschil
Het geschil vloeit voort uit een op 28 mei 2021 tussen partijen tot stand gekomen overeenkomst. De ondernemer heeft zich daarbij verplicht tot het verrichten van een IPL-laserbehandeling tegen de daarvoor door de consument te betalen prijs van € 150,–.

De behandeling vond plaats op of omstreeks 29 mei 2021.

Het geschil gaat over de vraag of de behandeling op de daarvoor voorgeschreven wijze is uitgevoerd.

De consument heeft de klacht voorgelegd aan de ondernemer.

Standpunt van de consument
Voor het standpunt van de consument verwijst de commissie naar de overgelegde stukken. In de kern komt het standpunt op het volgende neer.

Binnen enkele uren na de behandeling ontstonden er rode plekken.

Naar aanleiding daarvan heeft de consument direct contact opgenomen met de ondernemer. De consument is immers niet tevreden over de uitwerking van de behandeling. Volgens de consument was de ondernemer erg geschrokken. Een volgende keer zou het apparaat lager moeten worden afgesteld. Volgens de consument heeft de ondernemer hiermee indirect aangegeven dat de behandeling niet helemaal correct is gegaan.

Volgens het door de consument ondertekende formulier en hetgeen de ondernemer zelf heeft aangegeven zou sprake kunnen zijn van in omvang en duur beperkte klachten.

Volgens de door de consument geconsulteerde huisarts zijn het echter pigmentvlekken die mogelijk na een jaar pas volledig herstellen. De plekken die in dit geval na deze behandeling zijn ontstaan, zijn dus veel erger dan in de algemene voorwaarden wordt geschetst.

De consument en de ondernemer zijn er samen niet uitgekomen.

De consument verlangt terugbetaling van het voor de behandeling betaalde bedrag en een compensatie van € 500,–.

Standpunt van de ondernemer
Voor het standpunt van de ondernemer verwijst de commissie naar de overgelegde stukken. In de kern komt het standpunt op het volgende neer.

Bij een IPL-behandeling zijn de risico’s niet heel groot, maar ook niet nul. De uitgevoerde IPL-behandeling is exact volgens de boekjes gegaan. De huid was direct na de behandeling volledig intact en de consument heeft geen warmte-sensatie of eventueel iets van mogelijke gevoeligheid of pijn laten blijken. Opvallend hierbij is dat de huid na de behandeling intact was en vervolgens in de dagen erna verslechterd is. Het was mooi weer en de ondernemer vermoedt dat de consument met haar benen de zon in is gegaan terwijl haar dit met klem is afgeraden. De consument heeft aangegeven veel te fietsen.

Ook tijdens telefonisch contact gaf de consument aan dat zij baalde, omdat zij niet zoals iedereen in korte broek kon lopen.

Ook de leverancier gaf telefonisch te kennen dat het tijdsbestek waarin de consument de klachten kenbaar heeft gemaakt niet overeenkomt met wat je normaal zou verwachten als je over een verbranding met IPL spreekt, maar eerder als mensen zich niet aan de risico-beperkingen houden.

Volgens de ondernemer, haar leverancier, een geraadpleegde collega-salon en een opleidster is de behandeling naar behoren uitgevoerd en heeft de ondernemer alles gedaan wat van haar verwacht kon en mocht worden.

Beoordeling van het geschil
De commissie heeft het volgende overwogen.

De consument is vooraf door de ondernemer voorgelicht over mogelijke risico’s. Daarbij is aangegeven dat er een klein risico was op blaarvorming. Nadat geconstateerd was dat er sprake was van verbrandingsverschijnselen met blaarvorming heeft de ondernemer in haar e-mail van 1 juni 2021 ook nog aan de consument meegedeeld dat deze na één tot anderhalve week zouden verdwijnen.

De door de consument geconsulteerde huisarts heeft vastgesteld dat sprake was van tweede- en derdegraadsverbrandingen.

De commissie dient te beoordelen of bij de behandeling van de consument de zorg is betracht die een redelijk bekwaam en redelijk handelend vakgenoot in dezelfde omstandigheden zou hebben betracht.

De klachten waarvan de consument melding maakt zijn dermate ernstig dat deze klachten niet begrepen kunnen worden onder datgene, waarvoor de ondernemer in het door de consument ondertekende formulier heeft gewaarschuwd. Naar het oordeel van de commissie mag het niet voorkomen dat na een behandeling als door de ondernemer uitgevoerd sprake is van tweede- en derdegraadsverbrandingen. Dat kan alleen maar het gevolg zijn van een grote fout van de behandelaar of in de door de behandelaar gebruikte apparatuur, die niet voor zou mogen komen.

De oorzaak van de verbrandingen is achteraf niet meer vast te stellen. Het kan zo zijn dat de instelling te hoog is geweest en/of de behandeltijd te lang. Ook kan het zijn dat de tip/spotsize van het behandelpistool niet voldoende regelmatig schoongemaakt is, waardoor er eiwitten van de haren en/of de huid kunnen blijven plakken die dan in gaan branden. Op deze risico’s wordt zeer nadrukkelijk gewezen tijdens de opleiding.

Dat de verschijnselen pas na een uur zichtbaar werden, bevestigt de verbranding door de behandeling. Dat tijdens de behandeling geen pijn is gevoeld, valt te verklaren met de ijskoeling tijdens de behandeling. Direct na de behandeling is dan niet veel te zien, waarschijnlijk enkel wat grijs/witte plekjes.

De commissie heeft de weersomstandigheden op 19 mei 2021 nagezien. Het was 20 oC met wolken en soms zon. Bovendien zijn de verbrandingsverschijnselen ook waar te nemen in de oksel van de consument, waarvan het niet aannemelijk is dat die aan zonlicht blootgesteld is. Dat maakt het hoogst onwaarschijnlijk dat de klachten het gevolg zijn van blootstelling aan de zon meteen na de behandeling. De ondernemer verwijst naar een mededeling van de consument die baalt dat zij niet in de zon kan. Deze mededeling dateert echter van 13 juni 2021, ruim na de datum van de behandeling.

De commissie is dan ook van oordeel dat voldoende aannemelijk is geworden dat de verbrandingsverschijnselen het gevolg zijn van de onjuiste behandeling waarbij de ondernemer verantwoordelijk is voor de beschreven gevolgen.

Op grond van het voorgaande is de commissie van oordeel dat de klacht gegrond is.

Omdat de behandeling niet is uitgevoerd zoals de consument mocht verwachten, heeft de consument recht op terugbetaling van de kosten van de behandeling, € 150,–.

De consument vraagt ook vergoeding van € 500,– voor het door de behandeling ervaren ongemak en de ontsiering. De commissie is van oordeel dat er voldoende grond is voor een vergoeding. De door de consument gevraagde vergoeding is echter te hoog. De door de consument aangehaalde eerdere uitspraak van de commissie is wezenlijk anders, daar was sprake van blijvende schade in het gezicht. De klachten van de consument zijn volgens de huisarts niet blijvend en bovendien niet in het gezicht, maar op de benen.
De commissie acht een vergoeding ter hoogte van de helft van de behandelingskosten redelijk en billijk, € 75,–.

De ondernemer dient daarom in totaal € 225,– aan de consument te betalen.

Derhalve wordt als volgt beslist.

Beslissing
De ondernemer betaalt aan de consument een vergoeding van € 225,–. Betaling dient plaats te vinden binnen een maand na de verzenddatum van dit bindend advies.

Indien betaling niet tijdig plaatsvindt, betaalt de ondernemer bovendien de wettelijke rente over dit bedrag vanaf de verzenddatum van het bindend advies.

Bovendien dient de ondernemer overeenkomstig het reglement van de commissie een bedrag van € 52,50 aan de consument te vergoeden ter zake van het klachtengeld.

Overeenkomstig het reglement van de commissie is de ondernemer aan de commissie behandelingskosten verschuldigd.

Aldus beslist door de Geschillencommissie Uiterlijke Verzorging, bestaande uit mr. F.H.C.M. van Schaijk, voorzitter, E.S. Keijzer en mr. P. P. van der Neut, leden, op 9 december 2021.